Les 9 bijvoeglijk naamwoord

trappen van vergelijking
Je leert het bijvoeglijk naamwoord in te zetten
Huiswerk nabespreken 
Theorie bijvoeglijk naamwoord
Controle vragen
Maak de opdrachten bij de les spelling bijvoeglijk naamwoord
Wat heb je geleerd?

Les verder afmaken. 
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

trappen van vergelijking
Je leert het bijvoeglijk naamwoord in te zetten
Huiswerk nabespreken 
Theorie bijvoeglijk naamwoord
Controle vragen
Maak de opdrachten bij de les spelling bijvoeglijk naamwoord
Wat heb je geleerd?

Les verder afmaken. 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Het arme beest is (slaan) ->
het ... beest.

Slide 4 - Open question

De sleutel is van koper ->
de ... sleutel

Slide 5 - Open question

De maaltijd is (ontdooien) ->
de ... maaltijd

Slide 6 - Open question

Bijvoeglijk naamwoord

Slide 7 - Slide

Vul het bijvoeglijknaamwoord in

Slide 8 - Slide

De brief is (schrijven) -> de ... brief

Slide 9 - Open question

Het vlees is (bederven) -> het ... vlees

Slide 10 - Open question

Het toestel is speciaal (ontwerpen) -> het speciaal ... toestel

Slide 11 - Open question

De kast is (verven) -> de ... kast.

Slide 12 - Open question

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

De ring is van goud -> de ... ring

Slide 15 - Open question

Het beddengoed is van katoen ->
het ... beddengoed

Slide 16 - Open question

De laptop is dicht (klappen) ->
de dicht ... laptop.

Slide 17 - Open question

BNof VD?
Voorbeeld:
Het huis is verbouwd -> het verbouwde huis
De sleutel is gevonden -> de gevonden sleutel

Slide 18 - Slide

Aan de slag
Maak nu de opdrachten bij deze les. 
timer
20:00

Slide 19 - Slide

Heb je iets nieuws geleerd?
JA
Nee

Slide 20 - Poll