V3 | Les 5 | Latijn | 19-09-2024

1 / 25
next
Slide 1: Slide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Welkom & Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 
timer
3:00

Slide 2 - Slide

1. Startklaar
Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.
Programma

  • Terugblik: bijvoeglijk naamwoord
  • Leerdoelen opstellen: naamvallen en functies
  • Huiswerk controleren
  • Aan de slag: tekst 2.c.
  • Reflectie en leerdoelen check: hebben we het begrepen?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions




Koning Midas verliest zijn vloek door
A
Zich te wassen in een rivier
B
Een ezel te offeren

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Congrueer: deum
A
Laetus
B
Laetum
C
Laeta
D
Laeti

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Congrueer: silvas
A
Mirae
B
Mira
C
Miras
D
Miri

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Congrueer: regem
A
Stultus
B
Stultam
C
Stulti
D
Stultum

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Congrueer: Pana

(Let op!)
A
Laetam
B
Laeta
C
Laetum
D
Laetas

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Bijvoeglijk naamwoord
> zegt iets over een zelfstandig naamwoord
> bijvoeglijk naamwoord heeft zelfde getal (ev/mv), geslacht (m/v/o) en naamval (nom/acc) als zelfstandig naamwoord

Vb. Bona puella = het goed meisje (nom ev v)
Laetum deum = de blije god (acc ev m)
Mira dona = schitterende geschenken 
(nom/acc mv o)

ZN en BN moeten congrueren

= overeenkomen in getal/geslacht/naamval

Slide 9 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Leerdoelen
  • Je kan in een Latijnse zin aangeven wat het onderwerp en wat het lijdend voorwerp is.
  • Je kan van een woord in een Latijnse zin zeggen wat de functie van een naamval is in de zin.
  • Je kan een korte Latijnse tekst in correct Nederlands vertalen.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Tekst 2.B (pag. 16) 
(Midas) autem cum Tmolo dissentit et clamat


Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Tekst 2.B (pag. 16) 
(Midas) autem cum Tmolo dissentit et clamat

Maar Midas is het oneens met Tmolus en roept:


Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Tekst 2.B (pag. 16) 
“Pan victor est!”

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Tekst 2.B (pag. 16) 
“(Pan) victor est!”

Pan is (de) winnaar!

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Tekst 2.B (pag. 16) 
Apollo nunc iratus est.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Tekst 2.B (pag. 16) 
(Apollo) nunc iratus est.

Nu is Apollo boos.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Tekst 2.B (pag. 16) 
Regem stultum punit:

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Tekst 2.B (pag. 16) 
Regem stultum punit:

Hij straft de domme koning.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Tekst 2.B (pag. 16) 
Aures eius in spatium trahit.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Tekst 2.B (pag. 16) 
Aures eius in spatium trahit.

Hij rekt zijn oren uit.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Tekst 2.B (pag. 16) 
Midas nunc aures asini habet!

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Tekst 2.B (pag. 16) 
(Midas) nunc aures asini habet!

Midas heeft nu de oren van een ezel.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
Maak nu de opdracht bij tekst 2.C. Hiervoor heb je nodig pagina 21 van je tekstboek en pagina 19 van je oefenboek.

De woorden staan op pag. 16 van je oefenboek
en op pag. 19 van je tekstboek.





timer
30:00

Slide 23 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd en leerlingen worden steeds zelfstandiger. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Zelfstandig naamwoord: groep 1 en 2
Zelfstandige naamwoorden worden ingedeeld in groepen. Woorden hebben een geslacht (vrouwelijk/mannelijk/onzijdig)
Naamval
Getal
Functie
Groep 1: V
Groep 2: M
Groep 2: O
Nom 
Ev
Onderwerp
mens-a
serv-us
don-um
Acc
Ev
Lijdend vwp
mens-am
serv-um
don-um
Nom
Mv
Onderwerp
mens-ae
serv-i
don-a
Acc
Mv
Lijdend vwp
mens-as
serv-os
don-a

Slide 24 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Reflectie
  1. Je kan combinaties van zelfstandige naamwoorden en bijvoeglijke naamwoorden vertalen
  2. Je kan uitleggen wat een naamval en een functie is (nom + acc)
  3. Je kan persoonsvormen in het ev en mv vertalen
  4. Je kan korte Latijnse zinnen vertalen 

Slide 25 - Slide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende Unit. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag op basis van het Learner Profile en de ATL-skills. Dit wordt vastgelegd in Toddle. Samen blikken docent en leerlingen vooruit aan de hand van de JdW-planner.