Woordenschat H4

Welkom A3C
- Ga rustig zitten en doe je jas uit.
- Leg je leesboek op tafel.
Ik heb nog geen cijfers voor het betoog. Ik hoop dat deze week te kunnen geven.
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 10 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Welkom A3C
- Ga rustig zitten en doe je jas uit.
- Leg je leesboek op tafel.
Ik heb nog geen cijfers voor het betoog. Ik hoop dat deze week te kunnen geven.

Slide 1 - Slide

Vandaag:
1. Lezen in je tweede leesboek.

2. Start woordenschat H4

Proefwerk formuleren en woordenschat: Woensdag 3 april

Slide 2 - Slide

10 minuten lezen.

Slide 3 - Slide

Woordenschat H4
- Je kan een onderscheid maken tussen stijlfouten en versierende stijlfiguren.

- Je kan de stijlfouten contaminatie, pleonasme en tautologie herkennen en verbeteren.

Slide 4 - Slide

Hoofdstuk 4: Stijlfouten
Wanneer je een stijlfiguur of uitdrukking  verkeerd samen gebruikt, spreek je van een stijlfout
Er zijn verschillende soorten stijlfouten:
1) Contaminatie
2) Pleonasme
3) Tautologie

Slide 5 - Slide

Contaminatie
Een stijlfout waarbij twee taalvormen fout gecombineerd worden die vaak een overeenkomst in betekenis hebben. Hierdoor ontstaat een verkeerd nieuw woord of een verkeerde nieuwe uitdrukking.

Bijvoorbeeld: Duur kosten (komt van: duur zijn en veel kosten)




Slide 6 - Slide

Pleonasme
Bij een pleonasme wordt een eigenschap van iets dubbel uitgedrukt.

Bijvoorbeeld: zure citroen (de eigenschap van een citroen is dat het zuur is, door dat nogmaals te benoemen is dus dubbel en onnodig).
Nog een voorbeeld: witte sneeuw

Slide 7 - Slide

Tautologie
Een tautologie is een combinatie van woorden die hetzelfde uitdrukken. 

Bijvoorbeeld: blij en verheugd, eenzaam en verlaten, etc.

Dus je benadrukt een woord met een ander woord dat dezelfde betekenis heeft.

Slide 8 - Slide

Let op:
Soms is een tautologie een versierende stijlfiguur. Ook een pleonasme kan versierend zijn. 
Dat betekent dat het dus als stijlfiguur dient en het dus geen stijlfout is.
Het gaat dan wel om vaste combinaties, zoals nooit ofte nimmer, schots en scheef, etc.

Slide 9 - Slide

Aan de slag
Het volgende moet deze week gemaakt worden: 
blz. 120 opdr. 1
blz. 121 opdr. 3 + 4 + 5
blz. 123 opdr. 7

Slide 10 - Slide