- Ik weet wat leesstrategieën zijn en hoe je globaal of intensief een tekst leest.
- Ik kan een gegeven leesstrategie toepassen op een tekst.
- Ik kan uitleggen wanneer ik verschillende leesstrategieën gebruik.
- Ik kan een bewuste keuze maken voor een leesstrategie die past bij mijn doel en een mening vormen over een tekst door het toepassen van die strategie.
- Ik weet hoe ik de hoofdgedachte en het onderwerp van een tekst kan
vinden