Zakelijke brief - veelvoorkomende fouten this week

Let's get started
1 / 49
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 49 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Let's get started

Slide 1 - Slide

SE/Deadlines term 2 
SE Video report 
20.12.23
Oefenbrief 
21.12.23
SE writing a letter
January, 18
SE KLT CITO
23.01.24

Slide 2 - Slide

This week
Lesson 1
Writing a letter part 3
Lesson 2 
WASP
Lesson 3
WASP + examenidioom 

Slide 3 - Slide

Zakelijke brief
Veelvoorkomende fouten in een zakelijke brief.
Mavo 4

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Leerdoel
Ik herken de veel voorkomende fouten in een Engelse zakelijke brief.

Slide 6 - Slide

Check je conventies!
Check of de adressen, datum, aanhef en afsluiting op de juiste plek staan. 

Volgorde conventies 1
Eigen adres (zonder naam)

Adres ontvanger

Datum 

Aanhef

Inhoud

Afsluiting
Beoordeling conventies
Eén of meerdere fouten in conventies: 0 punten. 
Je kunt maximaal 1 punt behalen met het juist vermelden van de conventies. 
Dit is al 1 punt 'in the pocket' indien je het correct vermeldt.

Slide 7 - Slide

Afkortingen
Het is niet toegestaan om afkortingen te gebruiken in een zakelijke brief. Schrijf alle woorden volledig op. 
Afkortingen
I'm > I am 
You're > You are
We're done with > We are done with

Slide 8 - Slide

Chat-taal
Gebruik geen chat-taal / straattaal in een zakelijke brief.

I am gonna > I am going to 
U > You
Wassup > How are you doing?

Slide 9 - Slide

Grammaticale fouten brief 2015
Inhoudselement 2
- Schrijf hoe je aan de folder komt die je gelezen hebt. 
Fout antwoord
My teacher English gives me a brochure about your company.
Goed antwoord
My English teacher gave me a brochure about your company.
Inhoudselement 3
- Vertel met wie je naar Londen gaat, hoeveel personen dat zijn en waarom jullie gaan. 
In de eerste week van juni gaan jullie met een groep van dertig leerlingen en vier docenten een paar dagen naar Londen. Eventueel kun je element 4 (wanneer jullie gaan) hieraan koppelen.
Fout antwoord
We are going to London with thirty students and four teachers. 
Ik mis: wanneer jullie gaan en waarom.
Goed antwoord
In the first week of June, we are going to Londen with thirty pupils and four teachers to celebrate the end of our exam period.

Slide 10 - Slide

Grammaticale fouten brief 
Houd je taalgebruik netjes en formeel!
Inhoudselement 5
Vraag naar de mogelijkheid om een rondleiding te boeken.
Mogelijk antwoord
I want to book a tour through your television studios.
Mogelijk antwoord
I would like to book a tour through your television studios.

Slide 11 - Slide

Wat is netter?
A
I want
B
I would like

Slide 12 - Quiz

Vertaal:
Kunnen wij een groepskorting krijgen?

Slide 13 - Open question

Extra uitleg
Vertaal: Kunnen wij een groepskorting krijgen?

Is it possible to receive a group discount?
Could we receive a discount for our large group?

Blijf altijd beleefd!

Slide 14 - Slide

Wat is incorrect?
Een mogelijke slotzin.
A
I want to receive a quick response.
B
I would like to receive a quick response.
C
I wish a fast reaction.
D
At least, I hope I will get a quick response.

Slide 15 - Quiz

Extra uitleg
Blijf beleefd in de slotzin. 

I hope to hear from you soon.
I would like to hear from you soon. 
I look forward to hearing from you soon.
Geen want of wish > je hebt niks te willen of wensen!

Slide 16 - Slide

Correct word order:
Billy / to his friend /
five minutes ago / went
A
Billy went to his friend five minutes ago
B
Billy went five minutes ago to his friend
C
Billy five minutes ago went to his friend.
D
Five minutes ago Billy went to his friend

Slide 17 - Quiz

Verbeter de volgende zin: Breda was in 2017 chosen as the best inner city.
A
Breda was chosen in 2017 as the best inner city.
B
Breda was chosen as the best inner city in 2017.
C
In 2017 Breda was chosen as the best inner city.
D
Breda in 2017 was chosen as the best inner city.

Slide 18 - Quiz

Iets moeilijker.. Verbeter de volgende zin: I hope that lonely Planet breda chooses as the best city.
A
I hope that Lonely Planet chooses Breda as the best city.
B
I hope that Breda chooses Lonely Planet as the best city.
C
I hope that Breda Lonely Planet chooses as the best city.
D
I hope that Lonely Planet Breda as the best city chooses.

Slide 19 - Quiz

Vandaag is het 15 december. Hoe noteren we dat op de juiste manier in een formele brief?

Slide 20 - Open question

Wat betekent: "I am writing on behalf of.."
A
Ik schrijf u half..
B
Ik schrijf u over..
C
Ik schrijf u namens..
D
Ik schrijf u dringend

Slide 21 - Quiz

Verbeter de volgende zin: "I lived 15 years in Almelo and I don’t want to move."
A
I live in Almelo for 15 years and I do not want to move.
B
I lived in Almelo for 15 years and I do not want to move.
C
I have lived in Almelo for 15 years and I do not want to move.
D
I am living in Almelo for 15 years and I do not want to move.

Slide 22 - Quiz

Which option is grammatically correct?
A
I am a 15 year old boy
B
I am a boy 15 years old
C
I am a 15 years old boy
D
I am a 15-year-old boy

Slide 23 - Quiz

Which salutations is correct?
A
Hello, I am...
B
Dear Mister or Madam,
C
Dear Mr. or Mrs.,
D
Dear Sir/ Madam,

Slide 24 - Quiz

Which opening sentence works best:
A
The reason I am writing this letter is because...
B
I am writing this letter because..
C
I write the letter because
D
I have written this letter because

Slide 25 - Quiz

Today
  • CNN 10 
  • Writing a letter (last part)

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video


I did not see him since then.
A
This sentence is correct
B
This sentence is incorrect

Slide 28 - Quiz

Which option is correct?
A
My fathers' house
B
My brother's wifes
C
My nephews' mother
D
My aunts car

Slide 29 - Quiz

Choose the correct option
A
It was their own fault
B
It was there own fault

Slide 30 - Quiz

Choose the correct option for official letters
A
You are right
B
You're right
C
Your right
D
Your'e right

Slide 31 - Quiz

Choose the correct option
A
If you knew you will tell her
B
If you will know you tell her
C
If you knew you would tell her
D
If you would know you will tell her

Slide 32 - Quiz

Choose the best option
A
I look forward for your answer
B
I am looking forward to your answer
C
I will look forward to your answer
D
I am looking for your answer

Slide 33 - Quiz

Bezit, moet je op deze manier aangeven en mag je dus ook gebruiken in een formele brief
Afkortingen, die je niet mag gebruiken bij een formele brief

I have lived in Breda for 15 years and I don't want to move.
I've always wanted to go to Florida.
These children's toys are popular.
We're writing a formal letter. 
James's car is new. 
Tom's looking for a brand new car.
He is Katie's husband. 

Slide 34 - Drag question

Slide 35 - Slide

Linking words!
Tell me what you know!

Slide 36 - Slide

Linking words

Slide 37 - Mind map

0

Slide 38 - Video

Quick recap
Emphasis: when you want to stress something
Addition: to give more information
Contrast: to say something is the opposite/ different
Order: the order of events
Result: the outcome of something
Illustration: to give an example
Comparison: to set two things side by side 
Summary: to sum up all information


Slide 39 - Slide

Now..
Spot as many linking words as you can!

Slide 40 - Slide

0

Slide 41 - Video

Linking words

Slide 42 - Mind map

A few examples
But I did know that 70 cups of coffee...
Because alcohol is a depressant...
Like breathing and heart rate begin...
Though it takes a lot...
...also leading to seizures...
However, in extreme cases...

Slide 43 - Slide

Verbindingswoorden
Veel mensen hebben de neiging om elke zin op dezelfde manier te beginnen. 

Vb: I, I, I ...
And then, and then...
Probeer elke zin op een andere manier te beginnen en vermijd "I" zoveel mogelijk.

Slide 44 - Slide

Verbindingswoorden
Voor heel veel voorbeelden van verbindingswoorden verwijs ik je naar:
Teams> Team 4M1/2 > Periode 2 

Slide 45 - Slide

Hulpzinnen
Op Teams> Team Engels 4M1,2 >Periode 2 


In dit map staan veel hulpzinnen die je kunt gebruiken in je zakelijke brief. Doe er je voordeel mee!

Slide 46 - Slide

Valkuilen
valkuil 1
A / An
A > woorden die in de uitspraak met een medeklinker begint.
An> woorden die in de uitspraak met een klinker beginnen.
Valkuil 2
To / Too
to > voorzetsel 'naar' of voor een werkwoord
too > vertaling 'te' of 'ook'
Valkuil 3
Their / There / They're
Their = hun. bezit aangeven.
There = daar.
They're = zij zijn
Valkuil 4
Man/Men
Woman / Women
Man / Woman = man/vrouw enkelvoud
Men / Women = mannen en vrouwen (meervoud).

Slide 47 - Slide

Woordvolgorde
En denk aan de Engelse woordvolgorde:
Wie? - Doet? - Wat/Wie? - Waar? - Wanneer?

I bought fresh orange juice at the market yesterday.

Plaats komt voor tijd > patat toetje ezelsbruggetje.

Slide 48 - Slide

Slide 49 - Slide