C1 les 50 §6 Feit, mening, standpunt en argument

Cursus 1 Meer dan lezen
§6 Feit, mening, standpunt en argument
les  50
2kgt
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Cursus 1 Meer dan lezen
§6 Feit, mening, standpunt en argument
les  50
2kgt

Slide 1 - Slide

Welkom! 
Ga naar je plek, pak je spullen en wacht tot de les begint.
  • leesboek
  • lesboek 
  • schrift
  • etui
timer
1:00

Slide 2 - Slide

Lezen
timer
5:00

Slide 3 - Slide

Wat gaan we doen?

  • huiswerk nakijken
  • herhalen lesdoel
  • samen aan de slag
  • zelfstandig werken
  • huiswerk 

Slide 4 - Slide

huiswerk bespreken
Lesboek ->      Cursus 1 ->      §6 ->     opdracht 2


           

           


            

Slide 5 - Slide

Lesdoel
§ 6  Feit, mening, standpunt en argument

Slide 6 - Slide

feit
Een feit is een uitspraak over iets wat waar of onwaar is. Je kunt een feit controleren.
Bijvoorbeeld: Uit onderzoek blijkt dat voetbal een belangrijke rol speelt in het leven van miljoenen mensen in Nederland. 

Je kunt de waarheid van deze uitspraak controleren.

Slide 7 - Slide

mening of standpunt
Een mening of standpunt is wat iemand van iets vindt of hoe iemand ergens over denkt.
Met een mening of standpunt kun je het eens of oneens zijn. Je herkent een mening aan woorden als ik vind en volgens mij

Bijvoorbeeld: Ik vind voetbal de leukste sport die er is.

Slide 8 - Slide

argument
Als je uitlegt waaróm je een bepaalde mening hebt of als je een mening wilt verdedigen, gebruik je een argument
Een argument herken je aan woorden als want, omdat, namelijk en immers

                   Bijvoorbeeld: Ik vind voetbal de leukste sport die er is (mening), want ik houd van sporten met een bal en van sporten waarbij je moet samenwerken (twee argumenten).

Slide 9 - Slide

samen aan de slag
Cursus 1 -> § 6 -> blz. 43

opdracht   5
lees de vragen goed door.
timer
1:00

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Link

Slide 13 - Slide

antwoorden opdr. 5

Slide 14 - Slide

zelfstandig aan de slag
Cursus 1 -> § 6 -> blz. 41

opdracht   3 en 4

Slide 15 - Slide

Zelfstandig werken
Maak: 
Cursus 1
§ 6  opdracht 3-4 = huiswerk

Heb je een vraag?
Steek je vinger op!

Ben je klaar?
lezen of huiswerk voor een ander vak

Slide 16 - Slide

huiswerk 

Maken:
Cursus 1   § 6
opdracht 2 en 3 moeten af zijn 
blz. 41-42




Slide 17 - Slide

antwoorden opdracht 3
  1. reanimatiecursus op school / EHBO op school
  2. EHBO leek me het enige waar je echt iets aan hebt.
  3. Het is toch fijn dat je weet dat je iets kunt doen als dat nodig is.
  4. - De les werd gegeven door mijn oude basisschoolleraar.                                                                            - Het leek ook heel nuttig om iets van EHBO te weten.
  5. Het belangrijkste verband in alinea 3 is (tijds)volgorde.
  6. Alinea 3 bestaat vooral uit feiten die je van Robin krijgt.
  7. In alinea 4 lees je de mening van Jan van de Velde Hij vindt EHBO-les op school een goed plan, omdat hij het idee dat je andere mensen kunt helpen als dat nodig is geweldig vindt. (en ook: leerlingen er hun hele leven wat aan hebben)


Slide 18 - Slide

antwoorden opdracht 3
8.   Nee, hij zegt: Het is een relatief kleine investering van een paar uurtjes. En jong geleerd is oud gedaan.
9.  Voor, ze zijn het ermee eens.
10.  Twee van de volgende argumenten:
● Het is een relatief kleine investering van een paar uurtjes.
● Jong geleerd is oud gedaan.
● Als alle scholieren in Nederland een reanimatiecursus krijgen, dan kent iedereen in Nederland de basisbeginselen van het reanimeren.
● Het kan levens redden.
● Laatst kreeg iemand op Schiphol een hartaanval, toen kon ik helpen want we wisten wat we hadden moeten doen.
● Het geeft een goed gevoel als je weet dat je kunt helpen.
● Je bent het eigenlijk verplicht aan je omgeving.
11 Ja, want hij wil ook dat iedereen een cursus EHBO verplicht moet doen, maar dan bij het rijbewijs.
12 A De reddingsactie van Laurens zorgde voor reanimatielessen in het ‘buiten-les-leerplan’ van Het Maerlant in Brielle en daar zijn veel mensen blij mee.

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

antwoorden opdracht 6
  1. Hij vindt het onzin.
  2. Ja, hij zegt: “Ik wil echt geen mond op mondbeademing doen bij mijn collega’s. Bah!”
  3. Nee, hij vindt dat hij niet moet piepen (zeuren). En dat @D@chtTn!et ook geholpen wil worden als hij een ongeluk heeft op het werk.
  4. A een handtekeningenactie met een verzoek om ergens actie op te nemen.
  5. EHBO aanbieden op alle middelbare scholen.
  6. Ik heb de cursus zelf moeten betalen én doen voordat ik mocht werken bij kinderopvang.
  7. Tegen de cursus. Hij wil niet meer school.
  8. DagobertD en Naomi, want die zijn beide voor een cursus EHBO. 
  9. De tekst op de foto’s zijn vooral feiten; de reacties zijn vooral meningen.
  10. Ja, want Naomi en kapiteinSnuitkever geven beide aan dat ze EHBO moesten hebben.

Slide 21 - Slide

Lesdoel
§ 6  Feit, mening, standpunt en argument

Slide 22 - Slide

Evaluatie
  • Wat heb je geleerd deze les?
  • Wat ging er goed?
  • Wat kan beter?

Slide 23 - Slide