3HAVO - H5 - Woordenschat - Spreekwoorden en uitdrukkingen
Spreekwoorden en uitdrukkingen
3HAVO - Hoofdstuk 5 - Woordenschat
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3
This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 20 min
Items in this lesson
Spreekwoorden en uitdrukkingen
3HAVO - Hoofdstuk 5 - Woordenschat
Slide 1 - Slide
Bekijk de volgende zinnen en verdeel ze in twee groepjes:
a De kruik gaat zolang te water tot ze barst.
b De hulpactie voor de oorlogsslachtoffers is een druppel op de gloeiende plaat.
c Verzet heeft geen zin: dat is vechten tegen de bierkaai.
d Geld stinkt niet.
e Niet geschoten is altijd mis.
f Je hebt veel kritiek, maar zelf doe je niets: ik zou maar een toontje lager zingen.
Slide 2 - Slide
Bekijk de volgende zinnen en verdeel ze in twee groepjes:
a De kruik gaat zolang te water tot ze barst.
b De hulpactie voor de oorlogsslachtoffers is een druppel op de gloeiende plaat.
c Verzet heeft geen zin: dat is vechten tegen de bierkaai.
d Geld stinkt niet.
e Niet geschoten is altijd mis.
f Je hebt veel kritiek, maar zelf doe je niets: ik zou maar een toontje lager zingen.
Slide 3 - Slide
a De kruik gaat zolang te water tot ze barst.
d Geld stinkt niet.
e Niet geschoten is altijd mis.
Onveranderlijk. Alle drie in de tegenwoordige tijd.
b De hulpactie voor de oorlogsslachtoffers is een druppel op de gloeiende plaat. c Verzet heeft geen zin: dat is vechten tegen de bierkaai.
f Je hebt veel kritiek, maar zelf doe je niets: ik zou maar een toontje lager zingen.
De zinnen kun je aanpassen. Zin f staat niet in de tegenwoordige tijd.
Slide 4 - Slide
Woorden en zinnen kunnen letterlijk en figuurlijk bedoeld zijn.
Als je zegt ‘Ik heb twee tickets voor het concert van Bruno Mars’, is het woord ‘ticket’ in de letterlijke betekenis gebruikt.
Maar in ‘Een goede schoolopleiding is een ticket voor de toekomst’ is het woord figuurlijk bedoeld.
Slide 5 - Slide
Ook bij uitdrukkingen en spreekwoorden is sprake van een figuurlijke betekenis:
Een uitdrukking is een woordcombinatie met een vaste betekenis; je kunt een uitdrukking wel een beetje aanpassen of veranderen:
– Of het feest doorgaat, hangt aan een zijden draadje. – Tot het laatste proefwerk hing de overgang van Bas aan een zijden draadje.
Slide 6 - Slide
Een spreekwoord is een wijsheid of opvatting die geformuleerd is in een hele zin (in de tegenwoordige tijd); je kunt een spreekwoord niet aanpassen of veranderen:
– De pot verwijt de ketel dat hij zwart ziet. – Wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten. – Als de wijn is in de man, is de wijsheid in de kan.
Slide 7 - Slide
Even herhalen....
Weten jullie nog wat een pleonasme en tautologie zijn...?
Slide 8 - Slide
Bij een pleonasme omschrijf je een eigenschap van een zaak of persoon nog eens nadrukkelijk door een ander woord (meestal van een andere woordsoort):
zure citroenen
witte sneeuw
tot later uitstellen
Slide 9 - Slide
Een tautologie ontstaat wanneer je twee woorden van dezelfde woordsoort die hetzelfde betekenen, bij elkaar zet:
bedroefd en verdrietig
Ze drukte zich cryptisch en raadselachtig uit
We maken nog even een paar oefeningen!
Slide 10 - Slide
Welke fout?
De dames van Oranje waren diep teleurgesteld en ontgoocheld, omdat ze de finale niet bereikt hadden.
A
tautologie
B
pleonasme
Slide 11 - Quiz
Welke fout?
Jarenlang hebben ze naast ons gewoond, maar deze week zijn de buren naar een andere woning verhuisd.
A
tautologie
B
pleonasme
Slide 12 - Quiz
Ga nu naar de digitale methode en maak de opdrachten die ik heb klaargezet in de planning.