De grondwet van Thorbecke
- 1848
- Parlementaire democratie i.p.v. constitutionele monarchie.
- Wetten pas geldig na goedkeuring van het parlement.
- Parlement is verantwoordelijk voor het geld en moet de regering controleren.
- regering is verplicht het parlement te informeren.
- Koning blijft staatshoofd en is onschendbaar.
- ministeriële verantwoordelijkheid wordt ingesteld.
- Tweede kamer voortaan gekozen door de burgers (censuskiesrecht)
- Eerste kamer wordt gekozen door de Provinciale staten (indirect gekozen)
- Er komen klassieke grondrechten (vrijheid van godsdienst, meningsuiting, vergadering en vereniging)