Ontdek Europa: Zelfgekozen Landen

Ontdek Europa: Zelfgekozen Landen

Leerdoel

Aan het einde van de les kunnen jullie informatie over jullie zelfgekozen Europese land presenteren en een kwartetspel ontwikkelen.

Wat weet je al over Europese landen?
Denk aan klimaat/landschap/

Blanco kaart van Europa

Kleur het gekozen land in op de kaart en teken deze over op A4/A3 papier.

Hoofdstad en buurlanden

Toon de hoofdstad en schrijf de namen van de buurlanden op de kaart.

Afmetingen van het land

Bereken de lengte en breedte van het land en zet dit op de kaart met de schaal 1 cm = 150 km.

Vergelijking met Nederland

Bereken hoeveel keer groter/kleiner jullie land is dan Nederland.

Klimaten en inwoners

Onderzoek de verschillende klimaten in jullie land en het aantal inwoners.

Vergelijking met Nederland

Bereken hoeveel keer meer inwoners jullie land heeft dan Nederland.

Hemelsbrede afstand

Bepaal de hemelsbrede afstand tussen de hoofdstad van jullie land en Amsterdam.

Hemelsbrede afstand

Bepaal de hemelsbrede afstand tussen de hoofdstad van jullie land en Hoogeveen.

Rivieren en zeeën

Teken de rivieren op de kaart en benoem de zee waaraan jullie land ligt.

Lidmaatschap van de EU

Markeer op de kaart of jullie land lid is van de EU en sinds wanneer.

Kwartetspel ontwikkelen

Ontwerp kwartetkaarten met antwoorden over het gekozen land in verschillende categorieën.

Presentatie voorbereiden

Maak een nette presentatie van jullie zelfgemaakte kaart en bereide kwartetspel.

Presentatie

Presenteer jullie zelfgemaakte kaart en kwartetspel aan de klas.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.