aimer, adorer, préférer, détester + le/la/l' & les

Bonjour tout le monde!
1 / 25
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Bonjour tout le monde!

Slide 1 - Slide

Hebben wij zin in de les? :)
A
Tuurlijk
B
Altijd
C
Ja
D
Nee

Slide 2 - Quiz

L'objectif


Lesdoel: aan het einde van deze les weet ik dat ik de bij werkwoorden aimer, détester, adorer et préferer een lidwoord moet toevoegen en kan ik dit toepassen.

Slide 3 - Slide

Herhaling van regelmatige ww op -er
De meeste werkwoorden in het Frans eindigen op -ER
Bijvoorbeeld:
  • danser
  • travailler
  • donner
Bijna al deze werkwoorden worden op dezelfde manier vervoegd. Dit noemen we de regelmatige werkwoorden. 

Slide 4 - Slide

De stam
De stam maak je door -ER van het hele werkwoord  af te halen. Later plak je hier de uitgangen achter...

Bijvoorbeeld:
parler --> parl
danser --> dans

Slide 5 - Slide

De uitgangen

Slide 6 - Slide

Wat is de stam van het werkwoord 'chercher'?

Slide 7 - Open question

Kies de juiste zin.
ww = AIMER
A
J'aime la musique.
B
Je aime la musique.
C
J'aimes la musique.
D
J'aiment la musique.

Slide 8 - Quiz

Kies de juiste zin.
ww = PARLER
A
Nous parles français.
B
Nous parlons français.
C
Nous parlent français
D
Nous parlez français.

Slide 9 - Quiz

Kies de juiste zin.
ww = REGARDER
A
Ils regardes le football.
B
Ils regardons le football.
C
Ils regardez le football.
D
Ils regardent le football.

Slide 10 - Quiz

Aimer, adorer, détester, préférer + le, la, l' & les

Ik heb een hekel aan               = détester 
Ik ben dol op                               = adorer
ik heb liever                                 = préférer
ik hou van                                     = aimer

Slide 11 - Slide

Aimer, adorer, préférer, détester
+ le, la, l' & les OF infinitif

  • Na de regelmatige werkwoorden adorer, aimer, détester en préférer gebruik je in het Frans meestal le, la, l' of les OF een infinitif 

  • In het Nederlands gebruik je hier géén lidwoord!
    Voorbeeld: 
    Mijn ouders zijn dol op tennis             Mes parents adorent le tennis. 
    Ik hou ervan om chocolade te eten          J'aime manger du chocolat
    

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Is er iets bijzonders aan de werkwoorden aimer, adorer, préférer en détester?
A
Nee
B
Weet ik veel
C
Ja
D
Zal mij niks verbazen

Slide 16 - Quiz

Na de werkwoorden adorer,aimer, détester en préférer gebruik je in het Frans .......
A
le, de, da, des
B
les
C
le, la, l' of les
D
l'

Slide 17 - Quiz

Is dit vrai ou faux?
Je préfère musique!
Vrai
Faux

Slide 18 - Poll

Welke zin is juist?
A
Elle préfère le bus
B
Elle préfère l'bus

Slide 19 - Quiz

Vul de goede vorm is: Le - La - L' -Les
Tu aimes ........ français?

Slide 20 - Open question

Vul de goede vorm in: Le - La - L' - Les.
Claire déteste .............. histoire.

Slide 21 - Open question

Vul de goede vorm in: Le - La - L' - Les
On déteste ......... maths.

Slide 22 - Open question

Vul de goede vorm in: Le - La - L' - Les.
J'adore ....... biologie.

Slide 23 - Open question

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide