woorden

Woorden

1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Woorden

Slide 1 - Slide

wat ga je vandaag leren?
Je leert hoe je het stappenplan moeilijke woorden moet toepassen.

Je leert minstens 5 nieuwe woorden. 


Slide 2 - Slide

stillezen
  • Schrijf moeilijke woorden op in je schrift. 
timer
15:00

Slide 3 - Slide

Stappenplan moeilijke woorden

Slide 4 - Slide

NOS-stories- kijkopdracht
- Kijk goed mee
-Schrijf moeilijke woorden die je hoort in je schrift
- Na het filmpje klassikale bespreking

Slide 5 - Slide

Onderwerp = armoede
Wat is armoede?

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Nabespreking
-vinger opsteken
-laat elkaar uitpraten
-respecteer je klasgenoten
timer
10:00

Slide 9 - Slide

Woordenschat 
(Week)budget
Migratieachtergrond
Vooroordelen
Bijstand
Anorexia
'Het niet breed hebben' (uitdrukking)
(overleg in tweetallen over de betekenis van deze woorden)
timer
5:00

Slide 10 - Slide

Woordenschat 
(Week)budget: bedrag dat je (wekelijks)  kunt besteden.
Migratieachtergrond:  Iemand met een migratieachtergrond is een persoon van wie ten minste één ouder in het buitenland is geboren.
Vooroordelen: zijn meningen die niet op feiten zijn gebaseerd.


Slide 11 - Slide

Woordenschat 
Bijstand: uitkering/ geld van de overheid  voor mensen in (financiële) nood
Anorexia: 'magerzucht' / mensen met anorexia hebben het sterke verlangen om mager te zijn, wat zich uit in erg weinig eten om af te vallen.
'Het niet breed hebben' Niet veel (geld) te besteden hebben

Slide 12 - Slide

2.5 woorden

Slide 13 - Slide

Wat ga je vandaag leren?
Je leert de onthoudstrategieën toepassen.
Je leert minstens 5 nieuwe woorden.

Slide 14 - Slide

de onthoudstrategieën
In het vorige hoofdstuk heb je drie tips gehad om woorden te onthouden: begrijpen,
verbinden en emotie gebruiken. Hieronder lees je nog vijf tips.


Tip 4: Leer in samenhang
Losse feiten onthoud je slecht. Leer woorden daarom in samenhang met andere woorden of
in een logische context.
Tip 5: Leg uit aan anderen
Een woord uitleggen aan anderen helpt je om het woord en de betekenis beter te begrijpen
en te onthouden.
Tip 6: Stel je iets voor
Beelden helpen je om te onthouden. Neem bij elk nieuw woord de tijd om voor jezelf een
beeld te vormen.

Slide 15 - Slide

Tip 7: Herhaal en spreek uit
Hardop leren helpt. Spreek de dingen die je moet leren uit. Op die manier werkt een groter
deel van je hersenen mee bij het onthouden.
Herhaal nieuwe woorden minstens vijf keer. Bijvoorbeeld door ze uit te spreken of over te
schrijven.
Tip 8: Schep de goede voorwaarden
Laat je niet afleiden. Ga je leren, schep dan de voorwaarden waardoor je geconcentreerd
blijft. Leg bijvoorbeeld je telefoon weg. Leer 25 minuten en houd 5 minuten pauze. Tussen
twee uur studie neem je een langere pauze van 15 tot 30 minuten.

Slide 16 - Slide

Aan de slag .....
2.5 woorden 
Zelfstandig en in stilte!

opdracht 1, 2, 5, 6 en 7

Slide 17 - Slide