Prijzen en Afprijzen

1 / 26
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Startklaar 
       
       Pak je Chromebook/ laptop voor je
       Start je Chromebook/ laptop op
       Log in op www.lessonup.app 
       Stop je telefoon in het zakkie en in je tas 
      
timer
2:30

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Prijzen!
JEUMIG WAT DUUR! UITVERKOOP!
ECHT MEGA CHEAP,  SALE! OP IS OP!, TOTALLY WORTH IT... 

Maar waarom eigenlijk? Wie gaat hier over?
In deze les, hoe en door wie worden prijzen bepaald. 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

timer
1:00
Waarom moet een artikel in de winkel geprijsd zijn?

Slide 4 - Mind map

This item has no instructions

Hoe word een prijs bepaalt
De producent (maker) rekent

Kostprijs: (materiaal+ mensen die eraan gewerkt hebben) +...  %winst= inkoopsprijs. (hoe meer je maakt, hoe goedkoper het word) 
+BTW







Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Hoe word een prijs bepaalt
De winkelier rekent:
Inkoopsprijs: Wat betaalt hij bij de leverancier +
Directe kosten (transport kosten, salaris chauffeur) +
Indirecte kosten: bijvoorbeeld, om de winkel open te houden, heeft hij stroom nodig, deze heeft hij ook nodig voor het koffiezetapparaat in de kantine. dus niet duidelijk met zijn product te maken, dus indirect. +
Winstdeel (marge), natuurlijk wilt hij geld hebben voor als zijn moeite en een salaris
 +BTW






Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Hoe word een prijs bepaalt

De overheid rekent: Belasting Toegevoegde Waarde (BTW) 
Producten en diensten zijn 21%
producten of diensten die voor iedereen betaalbaar moeten zijn zoals water voedsel is de BTW 9%. Iedereen in de keten betaalt btw, van producent, winkelier, tot klant. 
De klant betaalt de verkoopprijs en de uiteindelijke BTW. 







Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Video

This item has no instructions

Hoeveel BTW?
A
9%
B
21%
C
15%
D
30%

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Waar bestaat de prijs van een artikel uit?
A
Belasting (btw)
B
Productiekosten
C
Verpakkingskosten
D
Kosten om de kassamedewerker te betalen

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

BTW is een afkorting.
BTW staat voor ...
A
belasting over de teken waarde
B
belasting van werkdruk
C
belasting toegevoegde winkel
D
belasting over de toegevoegde waarde

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Medicijnen:
9% BTW of 21% BTW?
A
9%
B
21%
C
30%
D
85%

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

De Kapper:
9% BTW of 21% BTW
A
9%
B
21%
C
12%
D
geen

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Burgers:
9% BTW of 21% BTW
A
9%
B
21%

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Begrippen uit deze les: 
BTW
Inkoop
prijs
Directe
kosten
Indirecte 
kosten
Winst

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Waarom prijzen we artikelen af?

Slide 16 - Mind map

This item has no instructions

Wanneer moet je een artikel afprijzen?

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

Afprijzen? Hoezo dan?
We zitten er midden in: De SALE, Afprijzing, Opruiming. Maar waarom doen winkeliers dit eigenlijk?
Verschillende redenen: 
  • Algemene Sale periode, klanten wachten erop.
  • Om klanten naar de winkels te krijgen in rustige periodes
  • Plaats te maken voor nieuwe collecties
  • Houdbaarheid datum is bijna verlopen of is beschadigd
  • Hangt al te lang in de winkel en is nog nooit  verkocht. 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Video

This item has no instructions

Omprijzen
Wanneer je artikelen een andere prijs geeft heet dat omprijzen.
Je kunt dus afprijzen en opprijzen.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Video

This item has no instructions

Verwerking
Maak het werkblad.
Gebruik hiervoor de prijstang.


Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Voorkennis
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Afsluiting

Pak terug op de leerdoelen in de map:
hebben de leerlingen deze behaald?
Zo ja: laat de leerling de behaalde doelen afvinken

Slide 24 - Slide

In de slotfase van de les controleert de docent of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen de les, het proces en blikt vooruit. 
Begrippen uit deze les
  • ...
  • ...
  • ... 

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

BEGRIPPEN UIT DEZE LES
...
...
...
...
...

Slide 26 - Slide

This item has no instructions