Interpunctie

Interpunctie (= leestekens) en hoofdletters

Lesdoelen
  • Je weet hoe je correct hoofdletters en interpunctie gebruikt.
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 11 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Interpunctie (= leestekens) en hoofdletters

Lesdoelen
  • Je weet hoe je correct hoofdletters en interpunctie gebruikt.

Slide 1 - Slide

Waarom is interpunctie
belangrijk?

Slide 2 - Mind map

Interpunctie
Ik houd van je, lieve vriendin.

Ik houd van je lieve vriendin.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Hoofdletters
•  Aan het begin van een zin.
•  Namen en landen (Ajax, Amerika, Italiaanse steden, Janice van de Berg,
     let op: mevrouw Van de Berg)

Geen hoofdletters:
  • namen van seizoenen, maanden en dagen (lente, maart, vrijdag)
  • geloven/religies (islam, katholiek)
  • titels (directeur, minister)


Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

de punt 
Elke zin eindigt met een punt. 

Alleen niet bij........
.

Slide 8 - Slide

Een uitroepteken komt na een uitroep: 
Kom eten!          Pas op!      Zit stil!
Een vraagteken komt na een vraagzin, i.p.v. de punt.
Kom je eten?

Slide 9 - Slide

Citaat (= wat letterlijk gezegd wordt)

Bij een citaat gebruik je een dubbele punt en aanhalingstekens.
Mijn baas zei: "Dat heb je goed opgelost."

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide