XKA 4.2: Voedingsmiddelen en voedingstoffen M4 2022

Welkom!
  • Fijn dat jullie er allemaal zijn!

  • Leg vast je boeken, schrift en laptop op tafel.

1 / 27
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Welkom!
  • Fijn dat jullie er allemaal zijn!

  • Leg vast je boeken, schrift en laptop op tafel.

Slide 1 - Slide

Thema 4: Voeding en vertering

Slide 2 - Slide

Planning
  • Uitleg §4.2
  • Opdrachten maken
  • Pauze
  • Practicum glucose aantonen

Slide 3 - Slide

Basisstof 2: Voedingsmiddelen en voedingsstoffen

Slide 4 - Slide

Leerdoelen Voeding en vertering

Je kunt beschrijven welke rol bacteriën en schimmels spelen bij de voedselproductie en voedselbederf.
Je kunt de werking van enzymen beschrijven.
Je kunt manieren noemen waarop voedsel kan worden geconserveerd.
Je kunt de functies van voedingsstoffen en voedingsvezels in voedingsmiddelen noemen.
Je kunt zes groepen voedingsstoffen met hun functies en kenmerken noemen.
Je kan uitleggen hoe je glucose en zetmeel kan aantonen
Je kunt met behulp van de schijf van vijf adviezen voor een gezonde leefstijl geven.
Je kunt omschrijven wat vertering is en de functie van verteringssappen en enzymen hierbij aangeven.
Je kunt de delen van het verteringsstelsel noemen met hun functies en kenmerken.
Je kunt de verteringssappen noemen met hun functies.
Je kunt de delen van een tand of kies benoemen met hun kenmerken.
Je kunt bij zoogdieren het verband aangeven tussen de voedselkeuze, de lengte van het darmkanaal en de kenmerken en functies van de tanden en kiezen.
Je kunt omschrijven wat tandplank en tanderosie is.






Slide 5 - Slide

Plantaardig of dierlijk
Voedingsmiddelen   
  • alles wat je eet/drinkt
  • Plantaardig -> afkomstig van planten
  • Dierlijk -> afkomstig van dieren
Voedingsstoffen
  • de nuttige stoffen in voedingsmiddelen


Slide 6 - Slide

Zoek op in je boek en vul in:
Functies van voedingsstoffen
Beschrijving
1.
2.
3.
4.

Slide 7 - Slide

Functies van voedingsstoffen
Brandstof                           - geven energie
Bouwstof                            - groei, ontwikkeling en herstel
Beschermende stof       - houden je gezond
Reservestof                       - bruikbaar als brandstof of bouwstof,                                                            opgeslagen voor later

Slide 8 - Slide

Zoek op en vul in
Voedingsstof
In welke voedingsmiddelen?
1.
2.
3.
4.
5.
6.

Slide 9 - Slide

Voedingsstoffen 
Voedingsstof
In welke voedingsmiddelen?
1. Eiwitten
Vlees, vis, ei, insecten, peulvruchten
2.Koolhydraten
Aardappels, granen, vruchten
3. Vetten
olie, Boter, Vlees, vette vis
4. Water
Fruit, groente, koffie, thee, frisdrank
5.Mineralen
Groente, fruit
6.Vitaminen
Groente, fruit

Slide 10 - Slide

Bouwstof
Brandstof
Reservestof
beschermen-de stof
Voorbeeld
Eiwitten
        X
        X
vlees, vis, ei, peulvruchten
Koolhydraten
Vetten
Water
Mineralen (zouten)
Vitamines

Zoek in je boek op blz. 14, 15 en 16 de functies van de 6 voedingsstoffen!

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Eiwitten
  • Zijn vooral belangrijk als bouwstof
  • Voor de vorming van eiwitten
  • Teveel eiwitten wordt verbrand.

Slide 13 - Slide

Koolhydraten
  • Zijn belangrijke brandstoffen -> leveren energie
  • Dienen ook als bouwstof en reservestof
  • Teveel glucose wordt opgezet in glycogeen en opgeslagen

Slide 14 - Slide

Vetten
  • Zijn vooral brandstoffen, maar ook belangrijk als bouwstof
  • Teveel wordt onderhuids opgeslagen als reservestof
  • Onverzadigde vetten zijn meestal plantaardig en gezond
  • Verzadigde vetten zijn meestal dierlijk en minder gezond

Slide 15 - Slide

Water
  • Is een bouwstof
  • Lichaam bestaat voor 60% uit water
  • Belangrijk bij het vervoer van stoffen

Slide 16 - Slide

Mineralen
  • Zouten
  • Bouwstoffen en beschermende stoffen
  • Botten -> calcium
  • Je hebt maar weinig nodig per dag

Slide 17 - Slide

Vitaminen
  • Bouwstoffen of beschermende stoffen
  • Als je gevarieerd eet, krijg je voldoende vitaminen binnen.
  • Van een tekort aan vitaminen kan je ziek worden.

Slide 18 - Slide

Voedingsstoffen aantonen
  • Zetmeel  - jodium/joodoplossing
  • Glucose - teststrook die verkleurt

Slide 19 - Slide

Wat is een voedingsstof?
A
Alles wat je eet of drinkt
B
alle onverteerbare stoffen in plantaardig voedsel
C
Alle bruikbare stoffen uit voedingsmiddelen

Slide 20 - Quiz

Voedingsmiddel of voedingsstof
Dubbelfris
A
Voedingsmiddel
B
Voedingsstof

Slide 21 - Quiz

Voedingsmiddel of voedingsstof?
Koolhydraten
A
Voedingsmiddel
B
Voedingsstof

Slide 22 - Quiz

Voedingsmiddel of voedingsstof
Appel
A
Voedingsmiddel
B
Voedingsstof

Slide 23 - Quiz

Wat is geen voedingsstof?
A
Koolhydraat
B
Water
C
Mineralen
D
Vezels

Slide 24 - Quiz

Beschermende stoffen zijn
A
mineralen en vitaminen
B
koolhydraten en eiwitten
C
mineralen en eiwitten
D
vitaminen en koolhydraten

Slide 25 - Quiz

Mineralen zijn reservestoffen.
A
juist
B
onjuist

Slide 26 - Quiz

Aan het werk
Maken: Opdrachten 4.2 + begrippenlijst

Volgende les controle begrippenlijst
Begrippen (overnemen en aanvullen):
Voedingsmiddelen
Voedingsstoffen
Brandstoffen
Bouwstoffen
Beschermende stoffen
Reservestoffen
Eiwitten
Koolhydraten
Vetten (onverzadigd EN verzadigd)
Mineralen
Vitaminen
Voedingsvezel
Indicator

Slide 27 - Slide