Vrijdag 26 januari

    Vrijdag                       26 januari 2024                    
08.30 - 09.10 uur
09.10 - 10.10 uur 
Inloop - lezen - uitwisselen 
Rekenen
10.10- 10.30 
P A U Z E
10.30- 11.20 uur 
Woordenschat
11.20- 12.10 uur 
Schrijven - Woordenschat
12.10- 12.40 uur 
P A U Z E
12.40- 13.30 uur 
Praten - Werkstuk
13.30- 14.20 uur  
Grammatica & Kahoot
1 / 40
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

    Vrijdag                       26 januari 2024                    
08.30 - 09.10 uur
09.10 - 10.10 uur 
Inloop - lezen - uitwisselen 
Rekenen
10.10- 10.30 
P A U Z E
10.30- 11.20 uur 
Woordenschat
11.20- 12.10 uur 
Schrijven - Woordenschat
12.10- 12.40 uur 
P A U Z E
12.40- 13.30 uur 
Praten - Werkstuk
13.30- 14.20 uur  
Grammatica & Kahoot

Slide 1 - Slide

Lezen & Uitwisselen
  1. Je leest voor 15 minuten
  2. Je vertelt aan jouw ellenbogenpartner waar je over hebt gelezen
  3. Je schrijft in steekwoorden op wat jouw partner heeft gelezen en verteld erover. 
timer
15:00

Slide 2 - Slide

Lezen & Uitwisselen
Mevrouw Chantal 
Meneer Malte
- Leest een boek met de titel  "Waarom de klas 3B zo geweldig is"

- Heeft gelezen dat de klas 3B op de tweede verdieping zit

- Elke vrijdag is het feestvrijdag
- Is al bijna klaar met het boek "Binnenkort is het weekend"


- Elk hoofstuk beschrijft het weekend van een andere leerling

- Vandaag heeft meneer Malte over het weekend van Roccolino gelezen 

Slide 3 - Slide

Rekenen

In je eigen niveau groep, lekker aan de slag. 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Pauze
    Pauze 
timer
10:00

Slide 12 - Slide

Woordenschat
Vandaag leer je vijf (nieuwe) woorden bij het thema: 
regels en straf

Schrijf het woord op en ook de betekenis.

Slide 13 - Slide

Woordenschat
Vandaag leer je vijf (nieuwe) woorden bij het thema: 
regels en straf

Schrijf het woord op en ook de betekenis.

Slide 14 - Slide

de jeugd
  • de jonge mensen
  • ongeveer van 0 tot 18 jaar
  • nog niet volwassen/nog niet oud
  • Zin: De jeugd van tegenwoordig houdt van gamen.
  • Zin:  'De jeugd heeft de toekomst' betekent dat je nog veel tijd hebt om nieuwe dingen te doen. 

Slide 15 - Slide

de leeftijd
  • het aantal jaar dat je al leeft
  • hoeveel jaar je bent
  • hoe oud je bent
  • Zin: Naar deze film mogen kinderen in de leeftijd van 6-12 jaar.
  • Zin: Ik kan niet meer zo goed zien, dat komt door mijn leeftijd.
  • Zin: Hij is 14 jaar, dat is zijn leeftijd.

Slide 16 - Slide

mogelijk
  • iets wat mogelijk is, kan gebeuren of kun je doen
  • iets wat kan gebeuren, het zou kunnen, je weet het niet zeker
  • er is een kans dat iets gebeurt
  • de mogelijkheid = de kans
  • Zin: Mogelijk heb je toch corona opgelopen.
  • Zin: Het is mogelijk om later rijk te worden, maar de kans is niet zo groot. 

Slide 17 - Slide

ontdekken
  • te weten komen wat nog niet bekend was
  • je bent verrast
  • de ontdekking: iets wat nieuw is
  • ik ontdek, ik ontdekte, ik heb ontdekt
  • Zin: De jeugd ontdekt graag nieuwe dingen.
  • Zin: Ik ontdekte dat een andere taal leren                                   niet zo makkelijk is. 

Slide 18 - Slide

de spanning
  • het gevoel dat je hebt als je zenuwachtig  bent over iets dat gaat gebeuren
  • gezonde spanning: bij iets wat je leuk vindt
  • ongezonde spanning: als je een beetje bang bent
  • Zin: De rapper voelde gezonde spanning toen hij moest gaan optreden. 
  • Zin: Als ik een toets moet maken voel ik de spanning in mijn buik, ik vind het spannend. 

Slide 19 - Slide

Waar zie jij hier
de jeugd?
A
B
C
D

Slide 20 - Quiz

Maak een zin met
leeftijd

Slide 21 - Open question

Vul in:
Het is ......................dat ik A2 ga halen, dat hoop ik.
A
een zekerheid
B
mogelijk
C
het mogelijkheid
D
zeker

Slide 22 - Quiz

Wat vond jij in Nederland
de gekste ontdekking?

Slide 23 - Mind map

Vul in deze zin het goede woord in:
Door ............. heb ik op mijn nagels gebeten.

A
de honger
B
de slaap
C
vrolijkheid
D
spanning

Slide 24 - Quiz

Opdracht: welk woord hoort in de zin?
Welk woord hoort in de zin? Schrijf alleen het woord op, niet de hele zin!

Slide 25 - Slide

Hoe is het ............. dat je altijd te laat bent!

Slide 26 - Open question

Van ... ............. kan ik bijna niet slapen.

Slide 27 - Open question

Op welke ........... mag je in Nederland auto rijden?

Slide 28 - Open question

In mijn straat is elke avond veel ......... Dat is heel gezellig!

Slide 29 - Open question

Ik ......... elke dag weer iets nieuws.

Slide 30 - Open question

Zinnen maken

Het rad draait een naam. Zie je jouw naam? Dan maak je 1 zin met één of meer woorden: 
spanning, de jeugd, leeftijd, mogelijk, ontdekken

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Tijd om jouw werkstuk af te maken
  • Nog meer informatie nodig?
  • Heb je nog hulp nodig?
  • Ben je helemaal klaar? Dan bereid een presentatie voor - kijk naar passende foto's en lees jouw eigen tekst om deze later te kunnen presenteren  

Slide 33 - Slide

Pauze
    Pauze 
timer
30:00

Slide 34 - Slide

Speed-Date met een expert   
Ronde 1 

1. De een helft van de leerlingen gaat zitten aan hun expert-tafel
2. De tweede helft gaat tegenover een expert zitten.
3. Per gesprek heb je 2 minuten. Daarnaar wordt gewisseld. 


Slide 35 - Slide

timer
2:00

Slide 36 - Slide

Speed-Date met een expert   
Ronde 2 

1. Was jij een expert? Dan ga je nu luisteren? 
2. Was je nog geen expert? Dan zoek je nu een plats! 
3. Per gesprek heb je 2 minuten. Daarnaar wordt gewisseld. 


Slide 37 - Slide

timer
2:00

Slide 38 - Slide

Einde - Evaluatie

1. Hoe vond jij de opdracht? 

2. Over welk thema heb jij iets nieuws geleerd? 

3. Hoe vond jij het om een keer expert te zijn? 

Slide 39 - Slide

https://create.kahoot.it/details/5d6ba8f0-e9a3-49ad-bfaa-e0dafbd6ee1d

Slide 40 - Slide