1. Iedereen is stil als de docent praat en als een klasgenoot praat.
2. Huiswerk van tevoren uitleggen en het liefst zoveel mogelijk tijdens de les maken.
3. Als leerlingen mevrouw Valentijn niet begrijpen vragen ze om het in het Nederlands te zeggen.
4. Samenwerken soms
5. Snoep bij materialen en huiswerk periode op orde.
6. Elkaar niet uitlachen en niet afleiden.
7. Inpakken als ik dat aangeef.
8. Blijf zitten totdat de bel gaat.
9. Bij geluid triangel stil.