De man in pak vroeg aan de decaan: 'Zitten hier ook... Marokkanen op school?' De decaan zei dat het reuze meeviel. Totdat Sam het lyceum binnen stapt. Zijn broer zit in de zware criminaliteit, zijn zussen werken achter de kassa en zijn buurtvrienden hangen doelloos op straat. Sam, thuis Samir genoemd, is echter vastbesloten het vwo te gaan doen en zich te storten op zijn liefde voor klassieke pianomuziek. Waar zijn broer die vrachtwagen vol piano's vandaan heeft gehaald, vraagt hij liever niet. Thuis worstelt Sam met zijn analfabete en weinig geïntegreerde ouders, die liever hebben dat hij salam aleikum zegt dan goeiemorgen. Ook op het elitaire lyceum kan hij zich lastig staande houden. Buurthuizen en sterrenrestaurants, moskeeën en jetsetfeestjes laten zich niet combineren.