Over Taal - Blok 3 - vmbo 3

Blok 3 - Over Taal
vmbo 3
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Blok 3 - Over Taal
vmbo 3

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Ik weet wat leenwoorden zijn.
  • Ik kan minimaal vier leenwoorden noemen. 
  • Ik kan een leenwoord herkennen in een zin. 
  • Ik begrijp de betekenis van verschillende woorden uit teksten.
  • Ik begrijp de betekenis van verschillende uitdrukkingen.

Slide 2 - Slide

Planning
  • Les 1: eerst uitleg via Teams - daarna maken van Blok 3 Over Taal - opdr. 1 t/m 3
  • Les 2: eerst uitleg via Teams - daarna maken van Blok 3 Over Taal - opdr. 4 t/m 7
  • Les 3: toets Blok 3 en 4 Spelling via Quayn. 

Klaar? Lezen in je leesboek of test jezelf maken. 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Wat zijn leenwoorden?
  • Sommige woorden en werkwoorden die wij gebruiken, komen uit een andere taal. 
  • We noemen dit leenwoorden

Bijvoorbeeld:
  • Engels: plastic, computer, daten, team
  • Frans: cadeau, bagage, ambulance
  • Duits: sowieso, schnitzel 


Slide 5 - Slide

Welke leenwoorden ken je nog meer?

Slide 6 - Open question

Leenwoorden

Slide 7 - Slide

Uit welke taal komt het volgende leenwoord denk je: 'flat'.
A
Engels
B
Duits
C
Frans
D
Latijn

Slide 8 - Quiz

Uit welke taal komt het volgende leenwoord denk je: 'chaffeur'
A
Engels
B
Duits
C
Frans
D
Latijn

Slide 9 - Quiz

Uit welke taal komt het volgende leenwoord denk je: 'aquarium'
A
Engels
B
Duits
C
Frans
D
Latijn

Slide 10 - Quiz

Hoe zit dat met werkwoordspelling bij Engelse werkwoorden?
  • Bij het werkwoord saven eindigt de stam op een -e
  • -> save (spreek uit: seef)
  • De v van save zit niet in het 'T KoFSCHiP X  
  • Daarom krijg je in de verleden tijd -de of - den

Ik save                           Ik savede                    Ik heb gesaved
Hij savet                       Wij saveden
Extra!

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Ik weet wat leenwoorden zijn.
😒🙁😐🙂😃

Slide 13 - Poll

Ik kan vier voorbeelden noemen van leenwoorden.
😒🙁😐🙂😃

Slide 14 - Poll

Ik kan een leenwoord herkennen in een zin.
😒🙁😐🙂😃

Slide 15 - Poll

Einde van de LessonUp

Slide 16 - Slide