Deeg svh-horecatalent

1 / 27
next
Slide 1: Slide
horecaMBOStudiejaar 1

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat is deeg eigenlijk?

Slide 2 - Mind map

Deeg
Deeg gebruik je voor het maken van brood, soezen, quiches en saucijzenbroodjes

Slide 3 - Slide

Wat zijn de hoofd ingrediënten voor deeg?

Slide 4 - Open question

Het maken van deeg
Het maken van deeg wordt ook wel zetten genoemd

Slide 5 - Slide

Als je lang kneed krijg je een elastisch deeg
Als je kort kneed krijgje een bros deeg
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quiz

Wat is de functie van gist

Slide 7 - Slide

Wat is de functie van gist

Slide 8 - Mind map

Gist
zorgt ervoor dat het deeg in volume toeneemt, dat het deeg gaat rijzen

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Doorslaan van deeg (stappen)
  1. Druk de gerezen deegbol eerst een beetje plat
  2. Pak het deeg met beide handen vast, waarbij je duimen naar beneden wijzen
  3. Sla het deeg met enige kracht op de werkbank en draai het een kwartslag.
  4. Herhaal de laatste stap een aantal keer
  5.  

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Doel van doorslaan: zorgt voor een betere luchtverdeling in het deeg

Slide 13 - Slide

Kookdeeg

Slide 14 - Slide

Kennen jullie voorbeelden van kookdeeg?

Slide 15 - Mind map

Bekendste voorbeeld kookdeeg
Soezenbeslag

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Fonceerdeeg
Deeg waarmee je de bakvorm bedekt
Voor het uitrollen is het goed om het deeg te koelen, zo zorg je ervoor dat het minder plakkerig is

Slide 18 - Slide

Voorbeelden waar fonceerdeeg gebruikt wordt

Slide 19 - Mind map

Wat wordt bedoeld met de term blind afbakken?

Slide 20 - Open question

Waarom blind afbakken?
Je bakt het blind af om te zorgen dat het goed gaar wordt.

Slide 21 - Slide

Korstdeeg

Slide 22 - Slide

Korstdeeg
Wordt ook wel bladerdeeg genoemd en bestaat uit dunne laagjes die van elkaar gescheiden zijn door dunne laagjes vet

Slide 23 - Slide

3 manieren korstdeeg toeren
  1. De Franse manier (meeste lagen)
  2. De Hollandse manier 
  3. De manier van snelkorst (minste lagen)

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Video

Slide 27 - Slide