What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Pers. vnw en bez. vnw
Grammatica §6
Persoonlijk & bezittelijk voornaamwoord
1 / 19
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Grammatica §6
Persoonlijk & bezittelijk voornaamwoord
Slide 1 - Slide
1e, 2e & 3e persoon
1e persoon
2e persoon
3e persoon
ik, wij
jij, u, jullie
hij, zij, ze
Slide 2 - Slide
Het persoonlijk voornaamwoord
Onderwerp
Geen onderwerp
Afkorting = pers.vnw
Slide 3 - Slide
Het woordje "het"
Slide 4 - Slide
Het woordje "het"
Zelf 1 zinsdeel
Niet als lidwoord
Het boek is van hem.
Het is van hem.
Slide 5 - Slide
Zij, hun & hen
c
c
c
c
c
zij
hun
hen
onderwerp
nooit onderwerp
nooit onderwerp
mv zonder vz
lv & mv met vz
Slide 6 - Slide
Zij, hun & hen
c
c
c
c
c
Zij kunnen dat. Hun kunnen dat. XXX
Hij geeft hun een boek. Hij geeft een boek aan hen.
zij
hun
hen
onderwerp
nooit onderwerp
nooit onderwerp
mv zonder vz
lv & mv met vz
Slide 7 - Slide
Welke woorden zijn de persoonlijke voornaamwoorden in de volgende zin?
"Ik heb mijn boek aan hem uitgeleend."
A
aan hem
B
ik, mijn
C
ik, hem
D
mijn, hem
Slide 8 - Quiz
Wat is het persoonlijk voornaamwoord in de volgende zin?
"Lisa koopt ze in het winkeltje van haar oom."
Slide 9 - Open question
Oefenen
A. "Sorry, juf, ik ben het vergeten."
B. "Kunt u even op ons wachten?"
Slide 10 - Slide
Het bezittelijk voornaamwoord
Gaat over een bezit
Voor een zelfstandig naamwoord
Zelfstandig gebruikt
Afkorting = bez. vnw
Slide 11 - Slide
Het bezittelijk voornaamwoord
Gaat over een bezit
Voor een zelfstandig naamwoord
Zelfstandig gebruikt
Slide 12 - Slide
Let op!
Dit zijn jullie boeken. --> jullie = bezittelijk voornaamwoord
Deze boeken zijn van jullie. --> jullie = persoonlijk voornaamwoord
Slide 13 - Slide
Wat is het bezittelijk voornaamwoord in de volgende zin?
"Op onze school gebruiken we Ipads."
A
onze
B
onze school
C
we
D
onze, we
Slide 14 - Quiz
Wat is het bezittelijk voornaamwoord in de volgende zin?
"Hij heeft mijn boeken aan hen gegeven."
Slide 15 - Open question
Wat zijn de persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden in de volgende zin?
"Het boek dat zij leest, is van jou."
Slide 16 - Open question
Oefenen
A. "In ons sportcentrum ben je van harte welkom."
B. "Vanwege zijn gezondheid loopt hij zijn rondjes."
Slide 17 - Slide
In het kort
bezittelijke voornaamwoorden
Slide 18 - Slide
In het kort
pers. vnw --> personen of dingen
(voorzetsel) + pers. vnw
bez. vnw --> geeft bezit aan
bez. vnw + zelfstandig naamwoord
lidwoord + bez. vnw
wij, aan jou
zijn koekjes
de mijne
Slide 19 - Slide
More lessons like this
Grammatica Brugklas V5
March 2023
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Herhalen woordsoorten, uitleg bez, wknd en wkg vnw
September 2017
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
H1 - les 3 woordsoorten 1.7 (Gram. H1)
October 2019
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
H1 2020 - les 9 woordsoorten 1.7 (Gram. H1)
October 2019
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
1.8 Grammatica woordsoorten les 1
August 2023
- Lesson with
11 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Grammatica D: voornaamwoorden
May 2024
- Lesson with
31 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,2
Grammatica - woordbenoemen - bez. vnw, pers vnw, hww en zww
November 2021
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
3K aanw vnw., pers.vnw, bez.vnw
May 2017
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3