What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
De werkwoorden op -ir
De werkwoorden op -ir
Herhaling van de regel
+
toepassing
1 / 19
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
De werkwoorden op -ir
Herhaling van de regel
+
toepassing
Slide 1 - Slide
Werkwoorden op -ir
présent
Hoe vervoegen we werkwoorden die eindigen op de letters -ir in de présent (tegenwoordige tijd) ?
Stap 1
: De stam = Hele werkwoord - ir
Finir - ir =
FIN
Stap 2
: De juiste uitgangen er achter zetten.
Slide 2 - Slide
De uitgangen in de présent:
De uitgangen zijn
:
Je stam +
is
Nous stam +
issons
Tu stam +
is
Vous stam +
issez
Il stam +
it
Ils stam+
issent
Elle stam +
it
Elles stam+
issent
On stam +
it
Slide 3 - Slide
Kies de juiste vorm:
Finir ; Je
A
finis
B
finissons
C
finissent
D
finissez
Slide 4 - Quiz
Kies de juiste vorm:
Réagir ; Elles
A
réagissent
B
réagis
C
réagis
D
réagissez
Slide 5 - Quiz
Kies de juiste vorm:
Grandir: Nous
A
grandis
B
grandit
C
grandissons
D
grandissent
Slide 6 - Quiz
Kies de juiste vorm:
Rougir: Il
A
rougissent
B
rougissons
C
rougis
D
rougit
Slide 7 - Quiz
Kies de juiste vorm:
Réussir: Vous
A
réussit
B
réussissons
C
réussissez
D
réussissent
Slide 8 - Quiz
Kies de juiste vorm:
Grossir: Je
A
grossit
B
grossissons
C
grossis
D
grossissent
Slide 9 - Quiz
Het werkwoord op -ir in de passé composé
De passé composé bestaat uit
twee
werkwoorden !!!!
1. Een vorm van het hulpwerkwoord
Avoir/hebben
2. Een voltooid deelwoord
Hele werkwoord - ir (stam) + i
finir - fin + i =
fini
(= volt. dw)
Slide 10 - Slide
Passé Composé
Kies de juiste vorm:
Choisir: Nous
A
avons choisi
B
choisit
C
choisissons
D
êtes choisi
Slide 11 - Quiz
Passé Composé
Kies de juiste vorm:
Vomir: Il
A
ont vomi
B
a vomi
C
avez vomi
D
avons vomi
Slide 12 - Quiz
Passé Composé
Kies de juiste vorm:
Grandir: Je
A
J'ai grandi
B
Je suis grandi
C
Je grandis
D
Je grandissent
Slide 13 - Quiz
Kies de juiste vorm
Cet après-midi, nous______ à trois heures.
A
finis
B
finissons
C
finit
D
finissez
Slide 14 - Quiz
Kies de juiste vorm
Comme j'___ _______ mes devoirs, je vais aller en ville
A
as fini
B
fini
C
ai fini
D
a fini
Slide 15 - Quiz
Kies de juiste vorm
Après, on va mager une pizza. Je _________ toujours la pizza Hawaï.
A
choisit
B
choisi
C
choisis
D
choisir
Slide 16 - Quiz
Kies de juiste vorm.
Vous ______ _______ le formulaire?
A
a rempli
B
as rempli
C
avons rempli
D
avez rempli
Slide 17 - Quiz
Geef antwoord op de vraag, schrijf op een hele zin als antwoord!
Tu as choisi un dessert?
Oui, __________________________ .
Slide 18 - Open question
Geef antwoord op de vraag, schrijf op een hele zin als antwoord!
Sa petite soeur a beaucoup grandi?
Oui, ________________________ .
Slide 19 - Open question
More lessons like this
De werkwoorden op -ir
May 2022
- Lesson with
11 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
De werkwoorden op -ir
April 2024
- Lesson with
11 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
De werkwoorden op -ir
November 2023
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Proefles
November 2018
- Lesson with
18 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
herhaling ww deel 2
September 2021
- Lesson with
35 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Regelmatige werkwoorden eindigen op -ir, -er, -re (5 tijden) - 13-09-23
April 2023
- Lesson with
42 slides
Frans
Middelbare school
vmbo g, havo
Leerjaar 3
Het vervoegen van regelmatige werkwoorden op -ir
October 2024
- Lesson with
21 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Chapitre 2 - werwoorden op -IR
January 2024
- Lesson with
26 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3