Pedagogiek 8.3

Pedagogiek
Hoofdstuk 5
 SPECIFIEKE ONDERWIJSBEHOEFTEN
1 / 21
next
Slide 1: Slide
OnderwijsassistentenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Pedagogiek
Hoofdstuk 5
 SPECIFIEKE ONDERWIJSBEHOEFTEN

Slide 1 - Slide

Periode 8
Week 1
Signaleren en observeren van gedrag
Week 2
Gedrag en concentratie (ADHD & ADD)
Week 3
Gedrag en concentratie (ASS)
Week 4
Gedrag en emotie (hechting)
Week 5
Gedrag en emotie (angst en stemming)
Week 6
Gedrag agressie en pesten (agressie)
Week 7
Gedrag agressie en pesten (pesten)
Week 8/9
Herhaling, presentaties, kennistoets 

Slide 2 - Slide

Hoe zat het ook alweer?


ADHD is een sociaal emotionele stoornis.

Slide 3 - Slide

Hoe zat het ook alweer?


ADD staat voor Attention Difficult Disorder

Slide 4 - Slide

Hoe zat het ook alweer?


Impulsiviteit is een signaal van ADHD

Slide 5 - Slide

Hoe zat het ook alweer?


Meisjes met ADD krijgen vaker de deze diagnose dan jongens.

Slide 6 - Slide

Lesweek 8.3
Lesdoelen:

• De student kent de definitie van autisme.
• De student benoemt de verschillende vormen van autisme.
• De student weet wat hij/zij kan doen bij kinderen met autisme.
• De student kent de problemen/aandachtspunten voor in de klas met een kind met autisme.
• De student kan zich inleven in de belevingswereld van het kind.
• De student heeft handvatten hoe om te gaan met een kind met autisme.




Slide 7 - Slide

ASS?

Slide 8 - Mind map

Wat is ASS?
ASS staat voor: Autisme Spectrum Stoornis 

Het is een neuro biologische ontwikkelingsstoornis, die je hebt vanaf je geboorte.

Bij mensen met ASS verloopt de informatieverwerking in de hersenen anders. Zintuiglijke informatie wordt wel waargenomen, maar mist samenhang.





Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Jij als OA'er?

Slide 11 - Mind map

Wat je zegt

Slide 12 - Slide

Wat je doet

Slide 13 - Slide

Wat je doet

Slide 14 - Slide

Tips
Maak het visueel:


Slide 15 - Slide

Eindopdracht
Hulpmiddel bedenken voor een probleem in de klas​


Inhoudelijke criteria: ​
 Je werkt in drietallen, worden aangewezen​
 De omschrijving en uitleg van het hulpmiddel bestaat uit minimaal 1 A-4, maximaal 3 A-4​
 Je gebruikt lettertype Arial 11 ​
 De onderwerpen zijn:​
- Uitleg geven aan andere kinderen van de klas​
- Emoties uiten​
- Helder krijgen wat er per dag gaat gebeuren in de klas​
- Prikkels wegnemen in de klas ​
 - Communicatie leerling en docent​
- Denk hierbij aan de criteria die hiervoor zijn gegeven over de omgang met een kind met autisme











Slide 16 - Slide

Eindopdracht
E
I
N
D
O
P
D
R
A
C
H
T

Slide 17 - Slide

Eindopdracht
E
I
N
D
O
P
D
R
A
C
H
T

Slide 18 - Slide

Eindopdracht
E
I
N
D
O
P
D
R
A
C
H
T

Slide 19 - Slide

Eindopdracht
E
I
N
D
O
P
D
R
A
C
H
T

Slide 20 - Slide

Eindopdracht
E
I
N
D
O
P
D
R
A
C
H
T

Slide 21 - Slide