What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Quiz daltonuur
Waar staat de titel van een tekst?
A
onderaan de tekst
B
bovenaan de alinea
C
naast een tussenkopje
D
bovenaan de tekst
1 / 37
next
Slide 1:
Quiz
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
37 slides
, with
interactive quizzes
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Waar staat de titel van een tekst?
A
onderaan de tekst
B
bovenaan de alinea
C
naast een tussenkopje
D
bovenaan de tekst
Slide 1 - Quiz
Waar staat de bron van een tekst?
A
Onderaan de tekst
B
onderaan het tussenkopje
C
Bovenaan de tekst
Slide 2 - Quiz
Wat is een ander woord voor afbeelding?
A
illusatratie
B
illustratie
C
plaatjuh
Slide 3 - Quiz
Wat kan een deelonderwerp zijn als de tekst over voetbal gaat?
A
ijsjes
B
spelregels
C
glijbanen
D
woordenboeken
Slide 4 - Quiz
Sterk of zwak werkwoord?
'Zwemmen'
A
Sterk
B
Zwak
Slide 5 - Quiz
Sterk of zwak werkwoord?
'werken'
A
Sterk
B
Zwak
Slide 6 - Quiz
Wat is de stam van 'verhuizen'?
A
verhuiz
B
verhuis
Slide 7 - Quiz
Wat is de stam van 'verven'?
A
verv
B
verf
Slide 8 - Quiz
Ik heb gelogeerd/ gelogeert.
A
gelogeerd
B
gelogeert
Slide 9 - Quiz
Ik heb dit huis gekocht/ gekoopt/ gekochd
A
gekocht
B
gekoopt
C
gekochd
Slide 10 - Quiz
Wat kan een deelonderwerp zijn als de tekst over corona gaat?
A
ziekteverschijnselen
B
spelregels
C
ijsjes
D
voetbal
Slide 11 - Quiz
Feit of mening?
Lezen is leuk
A
feit
B
mening
Slide 12 - Quiz
Feit of mening?
Eindhoven telt 220.000 inwoners.
A
feit
B
mening
Slide 13 - Quiz
Feit of mening?
Lisa moet 6,8 km fietsen naar HP.
A
feit
B
mening
Slide 14 - Quiz
Feit of mening?
Van Almere naar Best rijden duurt 1 uur en 8 minuten.
A
feit
B
mening
Slide 15 - Quiz
Feit of mening?
Koken is moeilijk.
A
feit
B
mening
Slide 16 - Quiz
Feit of mening?
HP is de leukste school van Almere.
A
feit
B
mening
Slide 17 - Quiz
Deze signaalwoorden (eerst, intussen, terwijl, toen, vervolgens, daarna, voordat, nadat, zodra en ten slotte) horen bij:
A
opsommend
B
tijdsvolgorde
C
tegenstellend
Slide 18 - Quiz
Deze signaalwoorden (ten eerste, om te beginnen, ook, tevens, bovendien, daarnaast ) horen bij:
A
opsommend
B
tijdsvolgorde
C
tegenstellend
Slide 19 - Quiz
'maar' is een signaalwoord van:
A
opsommend
B
tegenstellend
C
tijdsvolgorde
Slide 20 - Quiz
Tim loopt op straat.
pv =
A
Tim
B
loopt
C
op straat
Slide 21 - Quiz
De tandarts werkt alleen op maandag.
pv =
A
De tandarts
B
werkt
C
alleen
D
op maandag
Slide 22 - Quiz
Mijn moeder eet een taart.
onderwerp =
A
Mijn moeder
B
eet
C
een taart
Slide 23 - Quiz
Isa loopt naar de Mcdonalds
onderwerp =
A
Isa
B
loopt
Slide 24 - Quiz
Mijn nieuwe Instagramaccount heeft 670 volgers.
onderwerp=
A
Mijn nieuwe Instagramaccount
B
Instagramaccount
C
heeft
D
670 volgers
Slide 25 - Quiz
De nieuwe piloot van KLM is boos.
nwg OF wwg?
A
naamwoordelijk gezegde
B
werkwoordelijk gezegde
Slide 26 - Quiz
De nieuwe piloot van KLM is boos.
onderwerp =
A
De nieuwe piloot
B
De nieuwe piloot van KLM
C
is
Slide 27 - Quiz
Lyana is jarig.
nwg OF wwg?
A
naamwoordelijk gezegde
B
werkwoordelijk gezegde
Slide 28 - Quiz
Lyana is jarig.
naamwoordelijk gezegde =
A
Lyana is
B
is jarig
Slide 29 - Quiz
Later word ik zangeres.
persoonsvorm =
A
Later
B
word
C
ik
D
zangeres
Slide 30 - Quiz
Nederland =
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
Slide 31 - Quiz
Coca Cola=
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
Slide 32 - Quiz
panda
A
zelfstandig naamwoord
B
lidwoord
Slide 33 - Quiz
Macbook
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
Slide 34 - Quiz
De hond blaft op straat.
op =
A
LW
B
ZN
C
BN
D
VZ
Slide 35 - Quiz
Het grappige meisje heet Sophia.
grappige =
A
LW
B
ZN
C
BN
D
VZ
Slide 36 - Quiz
Met Tim ga ik naar het feest.
Met =
A
Lidwoord
B
voorzetsel
C
zelfstandig naamwoord
Slide 37 - Quiz
More lessons like this
Oefenen voor examen lezen luisteren
March 2021
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Quiz 2 havo en 2 vwo (leesvaardigheid)
May 2021
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Quiz 2 havo en 2 vwo (leesvaardigheid)
October 2020
- Lesson with
26 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
4 januari (paragraaf 3.2)
January 2021
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Les 2 feiten en meningen, moeilijkewoordenwijzer
May 2021
- Lesson with
32 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Teksten lezen, week 3 > Texel; Vlieland; Terschelling
January 2021
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 2,3
181126 NW gezegde
November 2018
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Week 43: lezen zakelijke teksten Perron 2 - les 1 KGT
October 2023
- Lesson with
32 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2