Wat moeten jullie straks kennen en kunnen?
Oftewel, wat is het doel van deze les?
Na deze les weet je de regels zijn voor het gebruik van als en dan en kun je de trappen van vergelijking van bijvoeglijke naamwoorden maken
This lesson contains 21 slides, with text slides and 1 video.
Er zijn drie trappen van vergelijking:
Voorbeeld:
– Karim is grappig (stellende trap), maar Chris is grappiger (zijn grappigheid
staat boven die van Karim).
Sumit is echter het grappigst (niemand overtreft
hem: hij is de lolligste).
Zo maak je de trappen van vergelijking:
28
©
‘… als mij’ of ‘… dan ik’?
Veel Nederlanders maken fouten met als en dan. Ook gebruiken ze achter als en dan vaak het verkeerde persoonlijk voornaamwoord
(ik/mij, jij/jou, hij/hem, zij/
haar, wij/ons, zij/hen/hun).
Zo gebruik je als en dan
• Je gebruikt als na de stellende trap. Die volgt vaak na de woordjes even of (net) zo.
Voorbeeld: Cameron is even oud als Serdar.
• Je gebruikt dan na de vergrotende trap.
Voorbeeld: Serdar is ouder dan Jeroen.
– 1 Mariët schrijft lang niet zo netjes als ik/mij.
– 1a Mariët schrijft lang niet zo netjes als ik schrijf.
– 1b *Mariët schrijft lang niet zo netjes als mij schrijft.
Zin 1a is goed Nederlands, zin 1b niet. Het is dus:
– 1c Mariët schrijft lang niet zo netjes als ik.
– 2 Vanaf de tribune zien de fans jou beter dan mij.
Je zegt immers:
– 2a Vanaf de tribune zien de fans jou beter dan ze (= de fans) mij zien.
Even checken. Wie vertelt mij nog even wat we zojuist hebben gehoord?
Geen vingers, ik geef de beurt aan ..............................................
Wat nu?
Voordat je aan de opdrachten begint, lees je eerst zelfstandig de theorie op blz. 119
Gezamenlijk maken opdr. 1 t/m 4
blz. 119-120
Lees rustig en maak de opdrachten niet te gehaast !