les 5

Welkom 
wat moet je weten
korte oefening in lesson up
oefenen 
woensdag toets
donderdag leesboek en laptop nodig
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom 
wat moet je weten
korte oefening in lesson up
oefenen 
woensdag toets
donderdag leesboek en laptop nodig

Slide 1 - Slide

wat moet je weten
hoofdstuk 3.8 en 4.8

herken pv en volt deelwoord
voltooid deelwoord schrijven
hoofdletters
bijvoeglijk gebruikte voltooid deelwoord
verleden tijd
samenstellingen ( tussen n of s)







Slide 2 - Slide

Wat is de persoonsvorm in de zin:

"De persoonsvorm is altijd een werkwoord."
A
De persoonsvorm
B
is
C
altijd
D
een werkwoord

Slide 3 - Quiz

Voltooid deelwoord of persoonsvorm?
Zoek de zin met het voltooid deelwoord.
A
Naomi heeft dat mooie schilderij zelf geschilderd.
B
Jean verft zijn huis.
C
Van Gogh schilderde veel in Frankrijk.
D
Zij schildert mij op het witte doek.

Slide 4 - Quiz

Hoofdletter
Geen hoofdletter
Hoofdletter
Geen hoofdletter
Hoofdletter
Hoofdletter
richard
zaandam
herfst
oktober
begin van een zin
limburgse vlaai

Slide 5 - Drag question

Noteer het bijvoeglijk naamwoord als bijvoeglijk naamwoord.

De hond is gered / de ... hond

Slide 6 - Open question

hoe zat het ook alweer
Zwakke werkwoorden
Sterke werkwoorden
Onregelmatige werkwoorden
T KoFSCHiP X
In de verleden tijd blijft de klank hetzelfde.
In de verleden tijd verandert de klank.
In der verleden tijd verandert er nog meer dan alleen de klank.
 dan eindigt het voltooid deelwoord op -t.

Slide 7 - Drag question

pv

A
Hij antwoordt de vraag
B
Hij heeft de vraag beantwoord

Slide 8 - Quiz

voltooid deelwoord
overhalen

Slide 9 - Open question

Maak van het voltooid deelwoord een bijvoeglijk naamwoord.
(vergeten) De ... groente
A
vergeette
B
vergeten
C
vergeet
D
vergete

Slide 10 - Quiz

Maak van het voltooid deelwoord een bijvoeglijk naamwoord.
(verbranden) De … neus
A
verbrandde
B
verbrande

Slide 11 - Quiz

In welke zin is het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord gebruikt?
A
De brief is geschreven
B
De geschreven brief
C
Hij schrijft snel een brief
D
De blauwe brief ligt op de tafel

Slide 12 - Quiz

Samenstellingen met tussen -s
Samenstellingen met tussen -n
Samenstellingen zonder tussenletter
Dorp 
huis
Peer 
sap
prof
voetballer
stad
schouwburg
ski
instructeur
televisie
omroep

Slide 13 - Drag question

krant + bericht
bejaarde + flat
rode + kool  

Slide 14 - Slide

verleden tijd
-te of -ten
verleden tijd
-de of -den
luisteren
zetten
hakken
lachen
leven
klimmen
koken

Slide 15 - Drag question

Slide 16 - Slide

oefenen
maak nu de zelftest van 3.8 en 4.8 
maak 3.8 en 4.8 af.
woensdag toets
donderdag leesboek!!

Slide 17 - Slide