Nieuwsbegrip week 11

Strategie 

Voorspellen


1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1,2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Strategie 

Voorspellen


Slide 1 - Slide

Wat betekent het woord:
de afkorting

Slide 2 - Open question

Wat betekent het woord:
negeren
A
doen alsof je iemand niet ziet
B
iets bepalen
C
schelden
D
regeren

Slide 3 - Quiz

krachtiger/sterker worden
niet voldoende
datgene waaruit iets blijkt
reclamefilmpje
personenvervoer dat openbaar toegankelijk is.
blijken
toenemen
openbaar vervoer
onvoldoende
het spotje

Slide 4 - Drag question

Wat betekent het woord:
asociaal
A
sociaal
B
niet sociaal

Slide 5 - Quiz

Wat betekent:
iemand met een kort lontje
A
iemand die vuurwerk afsteekt
B
iemand die een ongeluk heeft gehad met vuurwerk
C
iemand die snel boos wordt
D
iemand die geduldig is

Slide 6 - Quiz

organisatie, gesticht met een doel.
grof/brutaal
niet bewust
moeten verduren
onderwerp waarover je denkt.
onbewust
de stichting
het thema
oneschoft
incasseren

Slide 7 - Drag question

Wat betekent het woord:
kwetsen
A
praten
B
wedden
C
gooien
D
beledigen

Slide 8 - Quiz

feitelijk
aanmoedigen
vaak
aansporen
in feite
veelvuldig

Slide 9 - Drag question

Waar gaat de tekst over?

Slide 10 - Open question

Wat zie je?

Slide 11 - Slide

Wat zie je?

Slide 12 - Slide

Wat zie je?

Slide 13 - Slide

SIRE-campagne
#DOESLIEF

Slide 14 - Mind map

Niveau A:
Maken opdracht 
1, 2 en 3.





Slide 15 - Slide

Niveau B:
Maken opdracht 
1, 2 en 3.





Slide 16 - Slide