Woordenschat hoofdstuk 1, vergelijking, metafoor, personificatie (2)

Hoofdstuk 1 Woordenschat
We leren over: vergelijkingen, metaforen en personificaties
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 1 Woordenschat
We leren over: vergelijkingen, metaforen en personificaties

Slide 1 - Slide

Geef de definitie van een metafoor.
Gebruik in je antwoord object (o) en beeld (b).

Slide 2 - Open question

Geef de definitie van een personificatie.

Slide 3 - Open question

Geef de definitie van een vergelijking. Gebruik in je antwoord object (o) en beeld (b).

Slide 4 - Open question

Vergelijkingen, metaforen en personificaties zijn vormen van .....

Slide 5 - Open question

De derde dinsdag van september lacht ons weer toe.
A
Vergelijking
B
Personificatie
C
Metafoor

Slide 6 - Quiz

Wat is er op de derde dinsdag van september?

Slide 7 - Open question

Op deze dag leest de koning de troonrede voor. Hierover hoort iedereen tot op Prinsjesdag te zwijgen als het graf.
A
Vergelijking
B
Personificatie
C
Metafoor

Slide 8 - Quiz

Dit jaar regent het zoals altijd al ver voor deze dag van de nieuwsberichten over regeringsplannen.
A
Vergelijking
B
Personificatie
C
Metafoor

Slide 9 - Quiz

Dit jaar wordt de Verenigde Vergadering gehouden in de Grote Kerk die uitkijkt uit over Den Haag.
A
Vergelijking
B
Personificatie
C
Metafoor

Slide 10 - Quiz

Wanneer de vrouw van de minister binnenkomt, zegt ze: 'Deze zaal is net een paleisje!'
A
Vergelijking
B
Personificatie
C
Metafoor

Slide 11 - Quiz

Maxima is zoals altijd een prachtige vrouw van binnen en buiten. Ze vist nooit naar complimenten.
A
Vergelijking
B
Personificatie
C
Metafoor

Slide 12 - Quiz

Met haar blonde haar en beeldige jurk, is Maxima net een engel.
A
Vergelijking
B
Personificatie
C
Metafoor

Slide 13 - Quiz

Na afloop van de troonrede roept iedereen zo blij als een ... : "Hoera! Hoera! Hoera!"
A
Ei
B
Aap
C
Kip
D
Kind

Slide 14 - Quiz

Tot slot dronk iedereen nog een drankje. Gelukkig werd niemand zo dronken als een ...

Slide 15 - Open question

Aan de slag!
- Samen starten met opdracht 4 op blz. 27.
- In tweetallen verder werken.
Klaar? Begin aan opdracht 5 op blz. 27

Slide 16 - Slide