HOOFDSTUK 6.3 Termijnen
1 / 24
Lesson duration is: 60 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Wat is het doel van aanhouden?
A
Om een SF om te sporen
B
Een verdachte aanwijzen
C
De verdachte voorgeleiden aan de (h)ovj
D
De verdachte uit het verkeer onttrekken
Slide 2 - Quiz
Wanneer kan er buiten heterdaad worden aangehouden?
A
Bij VH-feiten + niet woonachtig in NL
B
Bij VH-feiten
C
Met een machtiging van de RC
D
Er mag niet aangehouden worden
Slide 3 - Quiz
In welke gevallen mag een burger aanhouden?
A
Ten alle tijden
B
Heterdaad + buiten heterdaad
C
Een burger mag nooit aanhouden
D
Op heterdaad
Slide 4 - Quiz
Hoelang duurt het ophouden voor onderzoek (Niet VH-feit)
A
9 uur
B
6 uur
C
3 x 24 uur
D
14 dagen
Slide 5 - Quiz
Wanneer kun je het ophouden voor onderzoek verlengen?
A
Niet
B
Wanneer de ID-gegevens niet bekend zijn
C
Wanneer er meer onderzoek verricht moet worden
D
Wanneer er onvoldoende bewijs is
Slide 6 - Quiz
Hoelang duurt een inverzekeringstelling?
A
2 x 24 uur
B
14 dagen
C
9 uur
D
3 x 24 uur
Slide 7 - Quiz
Wie is bevoegd IVS op te leggen?
A
De OVJ
B
De HOVJ
C
De RC
D
De HOVJ + OVJ
Slide 8 - Quiz
Kan een IVS verlengt worden?
A
Nee , dit is niet mogelijk
B
Ja , met 2 x 24 uur
C
Ja, met 3 x 24 uur
D
Ja, met 14 dagen
Slide 9 - Quiz
Wie is bevoegd de verlenging van IVS op te leggen?
A
De OVJ
B
De RC
C
De rechtbank
D
De HOVJ + OVJ
Slide 10 - Quiz
Welke maatregel kan er opgelegd worden na de IVS?
A
Ophouden voor onderzoek
B
Inbewaringstelling
C
Gevangenhouding
D
Ophouden voor ID
Slide 11 - Quiz
Hoelang duurt een inbewaringstelling?
A
14 dagen
B
3 x 24 uur
C
90 dagen
D
9 uur
Slide 12 - Quiz
Hoelang duurt een gevangenhouding?
A
max 80 dagen
B
max 85 dagen
C
max 2 weken
D
max 90 dagen
Slide 13 - Quiz
Wie is er bevoegd de gevangenhouding op te leggen?
A
De RC
B
De OVJ
C
De rechtbank
D
De HOVJ
Slide 14 - Quiz
Wat is een VH-feit?
A
Een gevangenisstraf van 4 + jaar
B
Een gevangenisstraf van 4 + jaar en met name genoemde artikelen
C
Een gevangenisstraf van 3 + jaar
D
Een gevangenisstraf van 3 + jaar en met name genoemde artikelen
Slide 15 - Quiz
Hoe heet lid 1 van artikel 27 strafvordering?
Slide 16 - Open question
Hoe heet lid 2 van artikel 27 strafvordering?
Slide 17 - Open question
Wat heb je nodig om iemand als verdachte aan te merken?
A
Feiten en omstandigheden + SF
B
Feiten of omstandigheden + SF + redelijk vermoeden
C
Feiten en omstandigheden + SF + redelijk vermoeden
D
Feiten of omstandigheden + redelijk vermoeden
Slide 18 - Quiz
Wie mag er staande gehouden worden?
A
Iedereen
B
Verdachte + getuige
C
Alleen de verdachte
D
Iedereen waarvan je ID wilt controleren
Slide 19 - Quiz
Wat is het doel van staande houden?
A
Achter de identiteitsgegevens komen van de VE
B
Achter de identiteitsgegevens komen
C
Onderzoek te doen naar het strafbare feit
D
ID-controle
Slide 20 - Quiz
Ophouden voor onderzoek
Inverzekeringstelling
Verlenging IVS
Slide 21 - Drag question
Verlenging IVS
Inbewaringstelling
Gevangenhouding
Slide 22 - Drag question
Wat is een pro-formazitting?
A
Een zitting waarin de zaak inhoudelijk word behandeld
B
Een zitting voor de vorm
C
Een zitting waarbij de termijnen worden gecontroleerd
Slide 23 - Quiz
Wanneer vindt een pro-formazitting plaats?
A
Bij het opleggen van de gevangenhouding
B
Bij het opleggen van de inbewaringstelling
C
Bij het opleggen van de IVS
D
Bij het opleggen van de verlenging IVS
