Begrippenkennis: soorten kunstwerken, functies van kunst en zegginskracht van kunst

Een autonoom kunstwerk maakt de kunstenaar of ontwerper....... (vul de zin aan)
A
in opdracht van een opdrachtgever
B
vanuit zichzelf (niet in opdracht van een ander)
1 / 41
next
Slide 1: Quiz
Beeldende vormingVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 4

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Een autonoom kunstwerk maakt de kunstenaar of ontwerper....... (vul de zin aan)
A
in opdracht van een opdrachtgever
B
vanuit zichzelf (niet in opdracht van een ander)

Slide 1 - Quiz

This item has no instructions

Een toegepast kunstwerk is een kunstwerk dat in ieder geval altijd een ........... heeft.
A
gebruiksfunctie
B
mythologische functie
C
esthetische functie
D
wervende functie

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Wat is 2D kunst?
A
tweedimensionale kunst
B
ruimtelijke kunst
C
figuratieve kunst
D
bewegelijke kunst

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Welke soorten kunstwerken horen bij 2D kunst?
A
assemblage, kinetische kunst
B
video, mixed media
C
schilderij, illustratie, collage en fotografie
D
sculptuur, boetseren

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Welke soorten kunstwerken horen bij 3D kunst?
A
Grafiek, zeefdruk
B
Schilderij, tekening
C
Ets, Linosnede
D
Assemblage, installatie, sculptuur, boetseren.

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Exterieur =
A
de buitenkant van een gebouw, de decoratie en de tuin.
B
de binnenkant van een gebouw
C
alleen de buitenkant van een gebouw
D
alleen de decoratie en de tuin van een gebouw

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Interieur =
A
de inrichting van een tuin
B
de inrichting van een gebouw of kamer

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Waar of niet waar?
Een autonoom kunstwerk heeft nooit een functie.
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Uitleg
Ook een autonoom kunstwerk kan een functie hebben. Denk aan een decoratieve of educatieve functie.
Een autonoom kunstwerk kan alleen geen toegepaste functie of gebruiksfunctie hebben. 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

De toegepaste kunstwerken op deze foto's hebben allemaal een............functie

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

De toegepaste kunstwerken in de vorige slide hebben allemaal een .......... functie
A
decoratieve functie
B
gebruiksfunctie
C
exterieur functie
D
educatieve functie

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Schilderijen met de symbolen, Jesus, een kruis en engeltjes hebben vaak een ........ functie
A
educatieve functie
B
toegepaste functie
C
esthetische functie
D
religieuze functie

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Schilderijen waarin je een oud verhaal herkent van goden uit de Griekse/Romeinse tijd hebben vaak een .......... functie
A
Waarschuwende functie
B
Wervende functie
C
Gebruiksfunctie
D
Mythologische functie

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Dit schilderij is.....
A
Religieus
B
Mythologisch

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Slide

Dit zijn alle woorden die je kunt gebruiken wanneer je je wilt uitdrukken over een kunstwerk. 

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

De zeggingskracht van het schilderij van de zwaan in de vorige slide is....
A
Dynamisch en realistisch
B
Statisch en onrealistisch
C
Expressief en romantisch
D
Verstild en verdrietig

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

In het samenwerkingsproject LucyandBart onderzoeken Lucy McRae en Bart Hess hoe het menselijk lichaam zou kunnen evolueren. Geïnspireerd door genetische manipulatie veranderen ze lichaam en gezicht met eenvoudige middelen en materialen. De ‘outfits’ van papier, schuim, ballonnen, nylon en graszaad zijn allemaal binnen één dag gemaakt.

De zeggingskracht van deze kunstwerken is....

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

De zeggingskracht van deze kunstwerken is.......
A
Statisch en chaotisch
B
Zakelijk en verstild
C
Futuristisch en vervreemdend
D
Naturalistisch en realistisch

Slide 29 - Quiz

Vervreemdend, omdat het vreemd overkomt. We zijn het niet gewend om te zien. 

Futuristisch: de kunstenaars hebben een beeld over hoe het menselijk lichaam er in de toekomst uit zou komen te zien. 

Naturalistisch is naar de natuur en toegepast is geen begrip dat bij zeggingskracht hoort. 

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Het schilderij van Van Gogh op de vorige slide is .......
A
Naturalistisch
B
Expressief

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een ander woord voor expressie?
A
Verdrietig en verstild
B
Emotie of gevoel

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Waarom is het schilderij expressief?
A
Het is met ruige kwaststreken en fel kleurgebruik geschilderd
B
Het onderwerp van het schilderij is expressief
C
Het is heel precies geschilderd
D
Het is naar de waarneming geschilderd

Slide 37 - Quiz

This item has no instructions

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Ik begrijp nu goed wat de verschillende functies van kunst zijn en kan deze herkennen in verschillende kunstwerken.
Waar!
Niet waar
Ik twijfel (soms begrijp ik het wel, soms ook niet)

Slide 40 - Poll

This item has no instructions

Ik begrijp goed welke begrippen onder zeggingskracht vallen en hoe je deze kunt herkennen in kunstwerken.
Waar!
Niet waar
Ik twijfel (soms begrijp ik het wel, soms ook niet)

Slide 41 - Poll

This item has no instructions