Woordenschat 1 - NT2

Woordenschat les 1
1. Woordbetekenis: raden, synoniem, beschrijving, plaatje

2. Woordwolk

3. Hardop uitspreken en opschrijven van het woord.


4. De betekenis in een schrift/persoonlijk woordenboek opschrijven (WRTS)

5. Het (samen) bedenken van een zin





1 / 32
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Woordenschat les 1
1. Woordbetekenis: raden, synoniem, beschrijving, plaatje

2. Woordwolk

3. Hardop uitspreken en opschrijven van het woord.


4. De betekenis in een schrift/persoonlijk woordenboek opschrijven (WRTS)

5. Het (samen) bedenken van een zin





Slide 1 - Slide

Woordenschat les 1

Algemeen:

aanbieden

aandachtig

Slide 2 - Slide

aanbieden

Slide 3 - Mind map

aandachtig

Slide 4 - Mind map

Woordenschat les 1

aanbieden
aandachtig

Spreek het woord uit

Maak een zin!

Slide 5 - Slide

Woordenschat les 1
zich herinneren

ik herinner me ( = stam)
zij/hij herinnert zich
jij herinnert je
wij herinneren ons
jullie herinneren je
zij herinneren zich


Slide 6 - Slide

aanleiding

Slide 7 - Mind map

zich aanpassen

Slide 8 - Mind map

Woordenschat les 1

aanleiding
zich aanpassen

Spreek het woord uit

Maak een zin!

Slide 9 - Slide

Woordenschat les 1

aanleggen

ik leg aan
hij legt aan
jij legt aan
wij leggen aan
zij leggen aan
jullie leggen aan

aansporen

Slide 10 - Slide

aanleggen

Slide 11 - Mind map

aansporen

Slide 12 - Mind map

Woordenschat les 1

iemand aansporen
ik spoor je aan om op school beter je best te doen
hij spoort me aan om te sporten

Slide 13 - Slide

Woordenschat les 1

Economie

aanbieding

aanbod

Slide 14 - Slide

aanbieding

Slide 15 - Mind map

aanbod

Slide 16 - Mind map

Woordenschat les 1

aanbieding
aanbod

Spreek het woord uit

Maak een zin!

Slide 17 - Slide

Woordenschat les 1

Wiskunde

aanbrengen

aankruisen

Slide 18 - Slide

aanbrengen

Slide 19 - Mind map

aankruisen

Slide 20 - Mind map

Woordenschat les 1

aanbrengen
aankruisen

Spreek het woord uit

Maak een zin!

Slide 21 - Slide

Woordenschat les 1

Natuurkunde

aan de kook brengen

aansluiting

Slide 22 - Slide

aan de kook bregen

Slide 23 - Mind map

aansluiting

Slide 24 - Mind map

Woordenschat les 1

aan de kook brengen
aansluiting

Spreek het woord uit

Maak een zin!

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

Werkwoorden les 1
Sterke werkwoorden

Lopen

ik        loop  - liep
jij, u, hij, zij, het       loopt - liep 
wij/jullie/zij        lopen - liepen

 ik heb gelopen (voltooid deelwoord)

Slide 27 - Slide

Werkwoorden les 1
Zwakke werkwoorden

Rennen

ik        ren (stam) - rende
jij, u, hij, zij, het       ren - rende
wij/jullie/zij        rennen - renden

ik heb gerend

Slide 28 - Slide

Werkwoorden les 1
Zwak of sterk?

Gapen

ik       gaap (stam)        - 
jij, u, hij, zij, het                  - 
wij/jullie/zij               - 

ik heb ???

Slide 29 - Slide

Werkwoorden les 1
Zwak of sterk?

Geven

ik       geef (stam)  - ik 
jij, u, hij, zij, het           - 
wij/jullie/zij                 - 

ik heb -

Slide 30 - Slide

Werkwoorden les 1
Zwak of sterk?

Weten
Vergeten
Poetsen
Gaan
Verven

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide