11.1 Man en vrouw

Hoofdstuk 11 - Voortplanting
11.1 Man en vrouw
1 / 27
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 11 - Voortplanting
11.1 Man en vrouw

Slide 1 - Slide

Programma
Leerdoelen
Voorkennis
Theorie 11.1 (+biologiepagina)
Opdrachten 11.1

Slide 2 - Slide

Aan het einde van de les kan je
  • De onderdelen en werking van het voortplantingsorgaan van de man uitleggen
  • De bouw van een zaadcel uitleggen
  • De onderdelen en werking van het voortplantingsorgaan van de vrouw uitleggen
  • De weg die de zaadcellen afleggen uitleggen
  • Uitleggen hoe de menstruatiecyclus verloopt

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Wat is het mannelijk geslachtshormoon?

Slide 5 - Open question

Wat is het vrouwelijk geslachtshormoon?

Slide 6 - Open question

Voortplantingsstelsel man
  • In zaadballen ontstaan zaadcellen
  • Bijballen slaan deze op
  • De balzak ligt om de zaadbal en de bijbal heen
  • Bij een zaadlozing vervoert de zaadleider zaadcellen
  • Zaadblaasjes en prostaat voegen vocht toe (dan heet het sperma)
  • Vanaf de eerste zaadlozing is een jongen vruchtbaar

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Link

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Wat moet er bij het vraagteken staan?
A
Bijbal
B
Prostaat
C
Zaadleider
D
Zaadblaasje

Slide 11 - Quiz

Wanneer spreken we van sperma?
A
Sperma zijn alle zaadcellen in de teelballen
B
Sperma zijn alle zaadcellen in de bijballen
C
Sperma is zaadcellen samen met vocht uit de prostaat en zaadblaasje
D
Als de zaadcel de eicel binnendringt

Slide 12 - Quiz

Zaadlozing
  • Wat klopt er niet in het plaatje?
  • Bijbal: spiertjes trekken samen --> duwen zaadcellen in zaadleider
  • Zaadcellen komen langs zaadblaasjes en prostaat (vocht) = sperma
  • Na prostaat in urinebuis en naar buiten = zaadlozing

Slide 13 - Slide

Wat moet er bij het vraagteken staan?
A
Zwellichaam
B
Prostaat
C
Zaadleider
D
Urinebuis

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Vruchtbaarheid vrouwen
  • Eierstokken: eicellen die rijpen in follikels
  • Na ± 2 weken rijp  --> eisprong (ovulatie)
  • Na eisprong is de eicel  ± 12-24 uur bevruchtbaar
  • De eileider vervoert eicellen naar de baarmoeder
  • Rond eisprong geslachtsgemeenschap = mogelijkheid tot bevruchting

Slide 16 - Slide


A
Zaadcel
B
Eileider
C
Follikel
D
Eierstok

Slide 17 - Quiz

1
2
3

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Wat als de eicel niet bevrucht wordt?

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Samengevat
1) Een eicel rijpt in de eierstokken en het baarmoederslijmvlies wordt dikker en er komen meer bloedvaten in
2) Na twee weken rijpen is de eisprong en kan de eicel bevrucht worden
3) Geen bevruchting? Eicel gaat dood en slijmvlies niet nodig. Slijmvlies laat los en druppels samen met bloed uit de vagina = menstruatie of ongesteldheid

Slide 24 - Slide

Menstruatiecyclus: Hoe lang blijft een eicel bevruchtbaar?
A
14 dagen
B
28 dagen
C
12 - 24 uur
D
0 - 12 uur

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Video

Aan het werk
Opdrachten 11.1 (pagina 9) of online

Slide 27 - Slide