1.4 Elektriciteit en veiligheid

1.4 Elektriciteit en Veiligheid
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

1.4 Elektriciteit en Veiligheid

Slide 1 - Slide

Lesdoelen 1.4
  • Je kunt beschrijven welke twee gevaren het gebruik van elektriciteit met zich meebrengt.
  • Je kunt uitleggen waarom je in vochtige ruimtes extra voorzichtig moet zijn met elektriciteit.
  • Je kunt uitleggen wat word bedoelt met enkele en dubbele isolatie.
  • Je kunt zekeringen, aardlekschakelaars en randaarde in afbeeldingen herkennen en de functie beschrijven. 

Slide 2 - Slide

Voorkennis
 Heb jij al eens een schok gehad door elektriciteit ?

Slide 3 - Slide

Gevaren elektriciteit
1) Brand bij kortsluiting of 
overbelasting.
2) Schok.


Slide 4 - Slide

enkele/dubbele isolatie
Bij een apparaat met dubbele isolatie is er een extra isolatielaag en meestal een plastic buitenkant.

Slide 5 - Slide

Zekeringen
Groepszekering: deze springt boven 
de 16 A om brand door oververhitting 
te voorkomen.

Installatieautomaat: een 
elektronische zekering.

Slide 6 - Slide

Aardlekschakelaar
Deze vergelijkt de stroom tussen de fase en nul. Is deze groter dan 30 mA, dan springt de aardlekschakelaar.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Randaarde
Een geel/groene draad die via de metalen buitenkant van een apparaat via het snoer naar de rand van het stopcontact gaat.

De randaarde voorkomt stromen door je lichaam.
 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Opdrachten maken
Wat - LEZEN 1.4 & maken Opdracht 1 t/m 13, BLZ 45  t/m 54
Hoe - 10 min in stilte! (Erna zachtjes overleggen)
HULP? - Docent (Looplangs of steek je hand op)

Klaar? - Lees en maak extra. 

timer
10:00

Slide 11 - Slide

Boven hoeveel Ampère is stroomsterkte levens gevaarlijk?
A
1 A
B
1 mA
C
10 mA
D
100 mA

Slide 12 - Quiz

Wat is het ouderwetse woord voor Zekering?

Slide 13 - Open question

Kees die gaat zijn telefoon opladen maar ziet dat zijn telefoon snoer kapot is. Kees stop het snoer in het stopcontact en krijgt een schok.
Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

HUISWERK
Opdracht 1 t/m 13

 BLZ 49 t/m 54

Slide 15 - Slide