Thema 4 week 1 les 1

Thema 4, week 1, les 1
1 / 29
next
Slide 1: Slide
WoordenschatBasisschoolGroep 7

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Thema 4, week 1, les 1

Slide 1 - Slide

Fantasie

Slide 2 - Slide

democratisch
Iedereen beslist mee.
De meeste stemmen gelden

Slide 3 - Slide

de verkiezing
Door te stemmen, wordt er iemand gekozen. 

Slide 4 - Slide

het stemrecht
Als je stemrecht hebt mag je meedoen aan de verkiezingen.

Slide 5 - Slide

de inspraak
Je mag je mening over iets geven, waardoor je een beslissing kunt beïnvloeden.

Slide 6 - Slide

democratisch
                          de verkiezing

                            democratisch

het stemrecht               de inspraak

Slide 7 - Slide

volledig

Helemaal.

Slide 8 - Slide

beperkt
Gedeeltelijk.

Slide 9 - Slide

volledig

helemaal
beperkt

gedeeltelijk

Slide 10 - Slide

rechtvaardig
Eerlijk en volgens de regels.

Slide 11 - Slide

ten opzichte van
Vergeleken met.

Slide 12 - Slide

de buitenkans
Een onverwachte kans.
(een overwacht voordeel)

Slide 13 - Slide

respect afdwingen
Ervoor zorgen dat mensen tegen je opkijken door de dingen die je doet.

Slide 14 - Slide

Bijstellen
Aanpassen, veranderen.

Slide 15 - Slide

de bloemetjes buiten zetten
Flink feest vieren.

Slide 16 - Slide

wat is volledig?

Slide 17 - Open question

wat is democratisch?
A
Iedereen beslist mee.
B
Je mag zelf niet beslissen.
C
Alleen belangrijke mensen mogen stemmen
D
De meeste stemmen gelden.

Slide 18 - Quiz

bloemetjes buitenzetten?
A
bloemen weg gooien
B
bloemen in de tuin planten
C
je gaat ervoor
D
flink feest vieren

Slide 19 - Quiz

Wat is bijstellen?

Slide 20 - Open question

het stemrecht
A
is je recht om iets te doen
B
het recht staan
C
is je recht om te stemmen
D
is je recht dat je mag meedoen aan de verkiezingen

Slide 21 - Quiz

de verkiezing
A
als er een verkiezing is dan mag je op iemand stemmen.
B
De politiek bepaalt wie de minister president wordt.

Slide 22 - Quiz

wat betekent beperkt?

Slide 23 - Open question

Wat hoort niet bij rechtvaardig?
A
eerlijk
B
volgens de regels
C
iemand krijgt vaardigheid in rechten
D
rechten volgens de wet

Slide 24 - Quiz

als je inspraak hebt dan mag je......

Slide 25 - Open question

ten opzichte van
A
waar het op zit
B
dikte van iets
C
vergelijken
D
heeft niks met elkaar te maken

Slide 26 - Quiz

respect afdwingen is?

Slide 27 - Open question

wat is een buitenkans?
A
Een kans om naar buiten te gaan.
B
Een onverwacht voordeel.
C
Een onverwachte kans
D
De kans buiten de deur.

Slide 28 - Quiz

Slide 29 - Slide