Spelling brugklas

1 / 14
next
Slide 1: Video
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 35 min

Items in this lesson

Slide 1 - Video

This item has no instructions

De regel van 't ex-kofschip gebruik je voor de.....
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
C
voor de tegenwoordige én de verleden tijd
D
Ik weet het niet

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het voltooid deelwoord van voetballen?
A
Gevoetbald
B
Gevoetbaldt
C
Geen idee
D
Gevoetbalt

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het de verleden tijd van landen?
A
Lande
B
Landte
C
Landde
D
Geland

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions


                            
Twijfel je?
Als de laatste letter van de stam voorkomt in
't
ex-kofschip, schrijf je in de verleden tijd -te(n).
Zo niet, dan schrijf je -de(n). 
Regel
Leer de regels uit je hoofd.
't ex-kofschip

Slide 5 - Slide

werken - werk
De 'k' komt voor in 't ex-kofschip, dus is de verleden tijd werkte.

Slide 6 - Video

This item has no instructions

En wat is hier de juiste spelling?
A
het ingelijste schilderij
B
het ingelijsten schilderij
C
het ingelijstte schilderij
D
het ingelijst schilderiij

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Wat is juist?
A
De verbreedde weg
B
De verbreede weg
C
De verbrede weg
D
De verbreedste weg

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Kun je een bijvoeglijk naamwoord ook ook aan het eind van een zin plaatsen?
A
Ja
B
Nee, alleen voor een zelfstandig naamwoord.
C
Sommige woorden wel.
D
Nee, alleen aan het begin van een zin.

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Voltooid deelwoord als bijv naamwoord


Voorbeelden: 

Ik heb de foto's vergroot (voltooid deelwoord ) 

De vergrote foto's ( gebruikt als bijvoeglijk naamwoord ) 


Ik heb koffie gezet (voltooid deelwoord)

De gezette koffie (gebruikt als bijvoeglijk naamwoord)

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Video

This item has no instructions

Wat is de overtreffende trap
van juist?
A
juist - juister - best
B
juist - juister - meest juist
C
juist - juiste - meest juist
D
juist - juister - juistst

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Er zijn drie trappen van vergelijking: de stellende trap, de vergrotende trap en de overtreffende trap.


A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Trappen van vergelijking
  • stellende trap = groot (  als ) 
  • vergrotende trap = groter ( dan ) 
  • overtreffende trap = (het) grootst

vergrotende trap: vaak + er
overtreffende trap: + st 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions