Waar zijn de aanhalingstekens goed gebruikt: a. 'Ik heb vorige week veel gesport,' antwoordde Tim. b. 'Ik heb vorige week veel gesport', antwoordde Tim.
A
Zin A
B
Zin B
1 / 14
next
Slide 1: Quiz
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2
This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and 1 video.
Items in this lesson
Waar zijn de aanhalingstekens goed gebruikt: a. 'Ik heb vorige week veel gesport,' antwoordde Tim. b. 'Ik heb vorige week veel gesport', antwoordde Tim.
A
Zin A
B
Zin B
Slide 1 - Quiz
Aanhalingstekens
Slide 2 - Mind map
Typ de volgende zin over met de aanhalingstekens op de juiste plek: Kaylee vroeg: Hoe laat ben jij vandaag begonnen op school?
Slide 3 - Open question
Slide 4 - Video
Woordraadstrategieën
Slide 5 - Mind map
Noem een synoniem -Vermoedelijk -Alert -Locatie -Direct
Slide 6 - Open question
Welke manieren (woordraadstrategieën) bestaan er om achter de betekenis van een woord te komen?
Slide 7 - Open question
Ik weet niet wat een woord betekent. Daarom ga ik kijken of ergens het woord is uitgelegd in de tekst
A
Synoniem
B
Omschrijving
C
Voorbeeld
D
Tegenstelling
Slide 8 - Quiz
Mijn moeder is erg hygiënisch. Ze reinigt bijvoorbeeld elke dag het toilet.
A
Omschrijving
B
Voorbeeld
C
Tegenstelling
D
Bekend woorddeel
Slide 9 - Quiz
Hoe zou je kunnen weten wat autokerkhof betekent?
A
Bekend woorddeel
B
Omschrijving
C
Synoniem
Slide 10 - Quiz
Wat betekent bedenksel?
A
Iets van iemand bedacht heeft
B
Een mengsel van verschillende vloeistoffen
C
Een uitgave van een boek
Slide 11 - Quiz
Wat betekent heldhaftig?
A
Dapper
B
Oplettend
C
Snel
D
Voorzichtig
Slide 12 - Quiz
Als iets aan beide kanten gelijk is dan is dit
A
symmetrisch
B
asymmetrisch
Slide 13 - Quiz
Hij is niet bij de pakken gaan neerzitten . Terwijl hij zoveel onvoldoende had gaf hij de moed niet op.