M3 H10.3 Hoeken berekenen met sinus, cosinus en tangens

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 3

Welkom

Paragraaf 10.3 hoeken berekenen met Sin, Cos en Tan

Voorkennis

Wat weet je al?

Voorkennis:
Welk ezelsbruggetje (tips) schrijf je boven je SE?

Je mag goniometrie (sin, cos, tan) alleen maar gebruiken in een ...

1. driehoek
2. gelijkzijdige driehoek
3. vierkant
4. rechthoekige driehoek

Om een hoek te berekenen met de sin (SOS) heb je de ... zijdes nodig

1. overstaande RHZ en aanliggende zijde
2. RHZ² + RHZ² = SZ²
3. aanliggende RHZ en schuine
4. overstaande RHZ en schuine

Vanuit ∠ P, hoe lang is de overstaande rechthoekszijde?

1. 3
2. 4
3. 5

cosinus van een hoek =

1. 
2. 
3. 

Welke verhouding kun
je gebruiken om
hoek A te berekenen?

1. tangens
2. sinus
3. cosinus
4. Pythagoras

Lesdoelen

• Je leert hoeken te berekenen met goniometrie
• Je weet wanneer je sin, cos en tan gebruikt. 
• Je kan de formule invullen! en daarna pas berekenen. 

SOS CAS TOA

SOS CAS TOA

Begin met opschrijven welke gegevens je uit het plaatje kunt halen

Stappenplan --> 

1. Rechte hoek? 

2. Hoek berekenen? 

3. Zet O, A en S erbij. 

SOS CAS TOA

Schrijf achter de gegevens SOA en bepaal of je tan, sin of cos moet gebruiken

SOS CAS TOA

Nu je weet dat je sinus moet gebruiken, vul je de verhouding van sinus in

SOS CAS TOA

SOS CAS TOA

Bereken hoek

∠B

1. 79°
2. 18°
3. 80°
4. 21°

Bereken hoek Q 

1. hoek Q is 54 graden
2. hoek Q is 53,9 graden
3. hoek Q is 41 graden
4. hoek Q is 36 graden

Bereken hoek D

1. sin
2. cos
3. tan
4. que?

Bereken hoek T.

1. 53,1°
2. 41,4°
3. 36,9°
4. 48,6°

Bereken hoek M

1. 63,4
2. 33,7
3. 56,3
4. 0,026

Je kan het!

Aan de slag met 20, 23, 26, 27 tm 29.