Herhaling en welvaart en welzijn

Lesvolgorde
  • Herhaling
  • Welvaart en welzijn bespreken
  • Huiswerk maken/leren
  • Extra vragen
1 / 22
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Lesvolgorde
  • Herhaling
  • Welvaart en welzijn bespreken
  • Huiswerk maken/leren
  • Extra vragen

Slide 1 - Slide

Noem een kenmerk van een ontwikkelingsland

Slide 2 - Mind map

Slide 3 - Slide

Waarom zie je in ontwikkelingslanden hoge geboortecijfers?

Slide 4 - Open question

Waarom zie je in ontwikkelingslanden hoge sterftecijfers?

Slide 5 - Open question

Welk ontwikkelingsland krijgt een steeds hoger welvaart?
A
Noord-Korea
B
Ghana
C
Oeganda
D
China

Slide 6 - Quiz

Als een land voor de export afhankelijk is van een product, dan is er sprake van.....

Slide 7 - Open question

Ontwikkelingslanden verdienen minder met de export van producten dan ze betalen voor de import van producten. Er is dan sprake van een...

Slide 8 - Open question

De verhouding tussen de waarde van de export en de waarde van de import noem je de.....

Slide 9 - Open question

Diversiteit

Slide 10 - Slide

In welk land is de urbanisatiegraad het hoogst (verstedelijking)?
A
Burundi
B
Kenia
C
Nederland
D
Afghanistan

Slide 11 - Quiz

Als je kijkt naar centrum-periferie. Wie zijn dan het centrum, de dominante landen/werelddelen?
A
Europa-VS-Australië
B
Azië, Afrika en Zuid-Amerika
C
Afrika, Afghanistan en Zuid-Amerika

Slide 12 - Quiz

Welk land heeft het hoogste BNP
A
Burundi
B
China
C
Verenigde Staten
D
Nederland

Slide 13 - Quiz

Leg uit waarom je in Nederland wel relatieve armoede ziet, maar geen absolute armoede.

Slide 14 - Open question

Een veilige woonomgeving hoort bij..
A
Welvaart
B
Welzijn

Slide 15 - Quiz

Lesdoelen

  •  uitleggen wat het verschil is tussen welzijn en welvaart;
  •     uitleggen waardoor verschillen in welzijn en welvaart ontstaan;
  •     voorbeelden geven van welzijn en welvaart.

Slide 16 - Slide

Welvaart en welzijn

Slide 17 - Slide

Welvaart
  • Wat je kunt kopen, hoe rijk je bent --> Huis, eten kleding enz.
  • Kun je de dingen kopen die de kwaliteit hebben die je wilt. Bijvoorbeeld een dure nieuwe smartphone of een goedkoop verouderd model.

Slide 18 - Slide

Welzijn
  • Leef je in een veilige buurt?
  • Ben je vrij om te kiezen, je mening te uiten?
  • Kun je onderwijs volgen?
  • Leef je in een schoon milieu?

Slide 19 - Slide

Welvaart en welzijn relatief
  • De een is tevreden met een kleine slaap- studeerkamer.
  • De ander wil een grote kamer.
  • De een wil verre reizen maken, de ander heeft genoeg aan een dagje uit.
  • De een is tevreden met een klein salaris, de ander wil een topbaan met een hoog salaris

Slide 20 - Slide

Vragen.

Slide 21 - Slide

Wat heb je geleerd tijdens deze les?

Slide 22 - Mind map