This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Wat moet je doen om een tekst goed te begrijpen?
Slide 1 - Open question
Feit of mening? 80% van de jongeren drinkt voor hun 18e.
A
Feit
B
Mening
Slide 2 - Quiz
Wat zijn kenmerken van feiten?
Slide 3 - Mind map
H4 Lezen
Een feit is iets waarvan je kunt controleren of het waar of onwaar is.
Een mening/standpunt is iets wat iemand van iets vindt. Je kunt het eens/oneens zijn. Soms herken je een mening aan signaalwoorden: ik vind, volgens mij, het lijkt mij, mijns inziens.
Als iemand zegt waaróm hij een bepaalde mening heeft, gebruikt hij een argument.
Slide 4 - Slide
Bedenk een argument: de school moet vanaf nu alleen 40-minuten lessen krijgen.
Slide 5 - Open question
En nu?
11 februari: misdaadverhaal inleveren + cijfers van Numo in Magister
Ga naar H4 lezen (online of blz. ) en maak opdracht 1 en 2.
Maak een mindmap van alle informatie van Lezen H1 t/m H3 en de brug
Maak sprongtoets 1 van werkwoordspelling
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
H5 Kritisch lezen
Op internet, in de kranten en op social media vind je veel informatie, maar is dit altijd betrouwbaar?
Een schrijver moet objectief (zonder mening een verhaal vertellen) zijn. Wat is er nog meer belangrijk? Hoe lees je kritisch een tekst?
Slide 8 - Slide
Als je een tekst kritisch leest, let je op:
Slide 9 - Open question
speld.nl
Slide 10 - Link
En nu?
Je werkt deze en de volgende les aan:
H4 Lezen opdracht 1
H5 Lezen opdracht 1
Als je dit gemaakt hebt, mag je met je groepje aan de pitch werken. De presentaties zijn op donderdag 10 juni.
Slide 11 - Slide
Vandaag:
1. Maak de opdrachten van lezen H6 (1 en 2 of 6 en 7)
2. Maak werkwoordspelling 2F af
3. Lees je boek
23 februari boektoets
Week na de vakantie GP Lezen + 7 maart controle (en gemist werk inhalen)