1 De paboërs organiseerden een reünie in een ruïne bij Rotterdam.
2 Hebben de koloniën hun financiën wel op orde?
3 Italië heeft al enige tijd een financieel probleem.
4 Kunnen jullie wat meer variëren in de melodieën?
5 Loes zei geërgerd dat Max zijn spullen niet had geordend.
6 Op dit industriële complex maakt men een grote variëteit aan producten.