What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
TaalCompleet A1 - thema 3 - werkwoorden 3.2 + 3.6 + 3.11
Thema 3 - Wonen
werkwoorden vervoegen
3.2 - zeggen en spellen
3.6 - wonen en spreken
3.11 - schrijven en kiezen
1 / 49
next
Slide 1:
Slide
NT2
ISK
This lesson contains
49 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Thema 3 - Wonen
werkwoorden vervoegen
3.2 - zeggen en spellen
3.6 - wonen en spreken
3.11 - schrijven en kiezen
Slide 1 - Slide
Thema 3 - Wonen
werkwoorden vervoegen
3.2 - zeggen en spellen
Slide 2 - Slide
zeggen
(ww)
Ik zeg
Jij / Je zeg
t
-
Zeg jij / je?
U zeg
t
Hij / Zij zeg
t
Wij / Jullie / Zij zeg
g
en
zin:
Het jongetje
zegt
'hallo' tegen zijn oma.
Slide 3 - Slide
spellen
(ww)
de letters één voor één in de goede volgorde noemen of opschrijven
Ik spel
Jij / Je spel
t
- Spel
jij / je?
U spel
t
Hij / Zij spel
t
Wij / Jullie / Zij spel
l
en
zin:
Zij
spelt
haar naam.
A R S E M A
Slide 4 - Slide
zitten en beginnen
zitten => zit
t => Ik zit
beginnen => begin
n
=> Ik begin
Slide 5 - Slide
Ik ... 'dag' tegen mijn vriendin.
(zeggen)
Slide 6 - Open question
Hij ... 'hallo' tegen mijn vader.
(zeggen)
Slide 7 - Open question
Wij ... 'goedemorgen' tegen onze docent.
(zeggen)
Slide 8 - Open question
... jij dit woord goed?
(spellen)
Slide 9 - Open question
Ik ... mijn naam.
(spellen)
Slide 10 - Open question
Hij ... zijn naam.
(spellen)
Slide 11 - Open question
Wij ... dit woord altijd verkeerd.
(spellen)
Slide 12 - Open question
Ik ... in de klas.
(zitten)
Slide 13 - Open question
Hij ... op een stoel.
(zitten)
Slide 14 - Open question
Jullie ... op een bank.
(zitten)
Slide 15 - Open question
... jij ook altijd om 9.15 uur te werken?
(beginnen)
Slide 16 - Open question
Hij ... altijd om 8.00 uur.
(beginnen)
Slide 17 - Open question
Piet en Klaas ... altijd om 10.00 uur.
(beginnen)
Slide 18 - Open question
Thema 3 - Wonen
werkwoorden vervoegen
3.6 - wonen en spreken
Slide 19 - Slide
wonen
(ww)
Ik woon
Jij / Je woon
t
-
Woon jij / je?
U woon
t
Hij / Zij woon
t
Wij / Jullie / Zij w
o
n
en
w
o
- nen => lange klank => Je hoort '
oo
'.
zin:
Hij
woont
in een flat.
Slide 20 - Slide
spreken
(ww)
synoniem - praten <-> tegenstelling - zwijgen
Ik spreek
Jij / Je spreek
t
-
Spreek
jij / je?
U spreek
t
Hij / Zij spreek
t
Wij / Jullie / Zij spr
e
k
en
spr
e
- ken => lange klank => Je hoort '
ee
'.
zin:
Hij
spreekt
vloeiend Nederlands.
Slide 21 - Slide
maken en leren
maken => mak => Ik m
aa
k
leren => ler => Ik l
ee
r
Slide 22 - Slide
Waar ... jij?
(wonen)
Slide 23 - Open question
Onze docent ... in Julianadorp?
(wonen)
Slide 24 - Open question
Jullie ... in Den Helder?
(wonen)
Slide 25 - Open question
Welke talen ... jij?
(spreken)
Slide 26 - Open question
... jij Engels?
(spreken)
Slide 27 - Open question
Jullie ... al goed Nederlands?
(spreken)
Slide 28 - Open question
Wat ... jij voor lekkers?
(maken)
Slide 29 - Open question
Mijn mama ... een heerlijke taart.
(maken)
Slide 30 - Open question
Mo en Ahmed ... vandaag het avondeten.
(maken)
Slide 31 - Open question
Jullie ... Nederlands.
(leren)
Slide 32 - Open question
Je ... ook rekenen.
(leren)
Slide 33 - Open question
... jij ook Engels?
(leren)
Slide 34 - Open question
Thema 3 - Wonen
werkwoorden vervoegen
3.11 - schrijven en kiezen
Slide 35 - Slide
schrij
v
en
(ww)
Ik schrij
f
Jij / Je schrij
f
t
-
Schrij
f
jij / je?
U schrij
f
t
Hij / Zij schrij
f
t
Wij / Jullie / Zij schrij
v
en
schrij -
v
en //
v
=>
f
// schrij
f
zin:
Ik
schrijf
het woord op.
Slide 36 - Slide
kie
z
en
(ww)
Ik kies
Jij / Je kies
t
-
Kies
jij / je?
U kiest
Hij / zij kies
t
Wij / jullie / zij kiez
en
kie-
z
en //
z
=>
s
// kie
s
zin:
Welk taartje
kies
jij?
Slide 37 - Slide
lezen en geven
lezen => le
z
=> Ik l
ee
s
geven => ge
v
=> Ik g
ee
f
Slide 38 - Slide
Ik ... deze zin in mijn schrift.
(schrijven)
Slide 39 - Open question
De docent ... deze zin op het bord.
(schrijven)
Slide 40 - Open question
Jullie ... deze zin in onze schriften.
(schrijven)
Slide 41 - Open question
Ik ... altijd voor een appeltaart.
(kiezen)
Slide 42 - Open question
Hij ... vaak voor een slagroomtaart.
(kiezen)
Slide 43 - Open question
Wij ... voor dit huis.
(kiezen)
Slide 44 - Open question
Wij ... elke dag een halfuur.
(lezen)
Slide 45 - Open question
Ik ... mijn appjes.
(lezen)
Slide 46 - Open question
Hij ... de krant.
(lezen)
Slide 47 - Open question
Wij ... aan mijn mama een cadeau.
(geven)
Slide 48 - Open question
Faheem ... aan zijn vriendin een boek.
(geven)
Slide 49 - Open question
More lessons like this
TaalCompleet A1 - thema 3 - werkwoorden 3.2 + 3.6 + 3.11
3 days ago
- Lesson with
49 slides
NT2
ISK
werkwoorden thema 3
January 2024
- Lesson with
48 slides
NT2
ISK
pvtt
February 2024
- Lesson with
49 slides
NT2
ISK
donderdag 30 mei ISK 9
January 2025
- Lesson with
43 slides
NT2
Middelbare school
ISK
vmbo lwoo
Leerjaar 1
pvtt
March 2024
- Lesson with
47 slides
NT2
ISK
maandag 10 juni ISK 9
September 2024
- Lesson with
46 slides
NT2
Middelbare school
ISK
vmbo lwoo
Leerjaar 1
maandag 3 juni ISK 9
May 2024
- Lesson with
41 slides
NT2
Middelbare school
ISK
vmbo lwoo
Leerjaar 1
donderdag 30 mei ISK 9
September 2024
- Lesson with
47 slides
NT2
Middelbare school
ISK
vmbo lwoo
Leerjaar 1