2HV H1 Jodendom

2HV H1 Jodendom
1 / 26
next
Slide 1: Slide
GodsdienstMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

2HV H1 Jodendom

Slide 1 - Slide

Joods ben je door je geboorte, maar hoe wordt bepaald of je joods bent?
A
Je bent joods als de moeder joods is
B
je bent joods als de vader joods is
C
Je bent alleen joods als beide ouders joods zijn

Slide 2 - Quiz

Wat betekent diaspora?

Slide 3 - Open question

Waarom hebben Joden zich over de hele wereld verspreid?
A
Zij hadden eerst geen eigen land
B
Vanwege vervolgingen
C
Vanwege hun werk in de handel
D
Omdat zij hun geloof wilden verspreiden

Slide 4 - Quiz


Uit welk land kwamen vanaf 1600 veel Joden naar Nederland ?
A
Israël
B
Polen
C
Spanje
D
Italië

Slide 5 - Quiz

Uit welk gebied kwamen tussen 1800 en 1900 veel Joden naar Nederland toe?

Slide 6 - Open question

Joden vluchten naar Amsterdam omdat in deze stad er vrijheid van geloof was.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quiz

Amsterdam werd door joden Mokum genoemd. Mokum betekent ...

Slide 8 - Open question

Welke hoort niet thuis bij Joden en Amsterdam?
A
Dokwerker
B
Jodenbreestraat
C
Sarphatipark
D
Malieveld

Slide 9 - Quiz

In welk 2 landen wonen de meeste Joden?
A
Israël en de Verenigde Staten
B
Israël en Canada
C
Verenigde Staten en Engeland
D
Rusland en Frankrijk

Slide 10 - Quiz


Wat maakt iemand Joods?
A
Als hij zich bekeert tot het Jodendom
B
Als zijn moeder Joods is.
C
Als iemand van Joodse afkomst is en in het Jodendom gelooft.
D
A, B en C zijn alle drie waar

Slide 11 - Quiz

Joden geloven in iemand die komt, en degene die zal komen wordt ______ genoemd
A
Jezus
B
Mozes
C
Abraham
D
Messias

Slide 12 - Quiz

Eén van de 3 kernpunten van het Joodse geloof is: het geloof in het verbond tussen ......

Slide 13 - Open question

Welke betekenis heeft de Tora voor het orthodoxe jodendom?
A
Het bevat de menselijke uitleg van Gods richtlijnen.
B
Het is een geschiedenisboek met gegevens over de gebeurtenissen uit het verleden.
C
Het is een soort grondwet voor het dagelijkse leven.
D
Het is vooral een kookboek met recepten voor joodse feesten.

Slide 14 - Quiz

Welke uitspraak is niet waar voor orthodoxe Joden
A
Regels moet je vertalen/interpreteren
B
Regels moet je radicaal navolgen
C
Je moet je volgens de regels kleden
D
Mannen en vrouwen zitten gescheiden in de synagoge

Slide 15 - Quiz

Bima
Heilige Ark
Vrouwengalerij

Slide 16 - Drag question

vrouwengalerij
menora
De tien geboden
Bima
Rabbijn
Tora-rollen

Slide 17 - Drag question

Wat betekend het begrip
Synagoge?

Slide 18 - Open question

Wie hebben de leiding in een dienst in de synagoge?

Slide 19 - Open question

Een ander woord voor synagoge is 'sjoel'. Welk Duits woord herken je in sjoel?

Slide 20 - Open question

waarom dragen joodse mannen een keppeltje?

Slide 21 - Open question

waarom zijn juist de tzitzit aan de gebedsmantel belangrijk?

Slide 22 - Open question

Waarom dragen joodse mannen een gebedskleed en gebedsriemen om hun hoofd en arm?
A
Omdat je God moet liefhebben met je hart en je verstand
B
Om te laten zien dat er iets boven de mens is
C
Uit respect voor de Tora
D
Omdat je moet laten zien dat je God belangrijk vindt

Slide 23 - Quiz

Wat gedenken ze met de Sabbat?
A
Aartsvaders
B
Het verbond met Abraham
C
De uittocht uit Egypte
D
De schepping van de wereld

Slide 24 - Quiz

Wat is niet toegestaan met de Sabbat?
A
Elektrische apparaten bedienen
B
Lezen uit de Thora
C
Korte wandeling

Slide 25 - Quiz

Wanneer start de sabbat?
A
Op zaterdag ochtend voor zonsopkomst.
B
Op zaterdag ochtend na zonsopkomst.
C
Op vrijdag na zonsondergang.
D
Op vrijdag voor zonsondergang.

Slide 26 - Quiz