Mavo 2 - PV/WWG/O/LV/MV/BWB/BVB/Bijstelling

Uitleg
  • Begin les: dit ken je al
  • Tijdens de les: uitleg
  • Einde les: zelf aan de slag
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Uitleg
  • Begin les: dit ken je al
  • Tijdens de les: uitleg
  • Einde les: zelf aan de slag

Slide 1 - Slide

Dit ken je al 
Persoonsvorm
Zinsdeelstrepen zetten
Werkwoordelijk gezegde
Onderwerp
Lijdend voorwerp
Meewerkend voorwerp
Bijwoordelijke bepaling

Slide 2 - Slide

Verdeel de volgende zin in zinsdelen.
Gisteren heeft mijn moeder in Gelderland een cadeautje gegeven aan mijn vader.

Slide 3 - Open question

Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Gisteren | heeft | mijn moeder | in Gelderland | een cadeautje | gegeven | aan mijn vader.

Slide 4 - Open question

Wat is het onderwerp?
Gisteren | heeft | mijn moeder | in Gelderland | een cadeautje | gegeven | aan mijn vader.

Slide 5 - Open question

Wat is het lijdend voorwerp?
Gisteren | heeft | mijn moeder | in Gelderland | een cadeautje | gegeven | aan mijn vader.

Slide 6 - Open question

Wat is het meewerkend voorwerp?
Gisteren | heeft | mijn moeder | in Gelderland | een cadeautje | gegeven | aan mijn vader.

Slide 7 - Open question

Welke zinsdelen blijven er over?
Gisteren | heeft | mijn moeder | in Gelderland | een cadeautje | gegeven | aan mijn vader.

Slide 8 - Open question

Nieuwe uitleg vandaag 
  • Bijvoeglijke bepaling
  • Bijstelling

Slide 9 - Slide

Bijvoeglijk naamwoord
  • Een bijvoeglijk naamwoord staat vaak voor of achter een zelfstandig naamwoord! 

Slide 10 - Slide

Bedenk een bijvoeglijk naamwoord bij het zelfstandig naamwoord: auto.

Slide 11 - Mind map

Bijvoeglijke bepaling
Noemt een kenmerk, bijzonderheid of eigenschap van een zelfstandig naamwoord binnen een zinsdeel. 

Een bijvoeglijke bepaling is nooit een apart zinsdeel.

Nu komt een voorbeeld!

Slide 12 - Slide

De Nederlandse voetballer heeft een zwarte voetbal weggetrapt.

Wat zijn de bijvoeglijke naamwoorden in deze zin en bij welke zelfstandig naamwoorden horen deze woorden?

Slide 13 - Mind map

Voorbeeld bijvoeglijke bepaling
De voetballer uit Nederland | heeft | een zwarte voetbal | weggetrapt.


  • uit Nederland is de bijvoeglijke bepaling van voetballer
  • Zwarte is de bijvoeglijke bepaling van voetbal.

Slide 14 - Slide

Wat zijn bijvoeglijke bepalingen in deze zin?
De houten tafel | staat | bij de jongen uit Frankrijk.
A
houten, de jongen
B
houten, staat
C
houten, uit Frankrijk
D
staat, uit Frankrijk

Slide 15 - Quiz

Bedenk een bijwoordelijke bepaling bij 'jongen' in deze zin:
De jongen | heeft | een nieuwe fiets.

Slide 16 - Mind map

Dat was de bijvoeglijke bepaling
maar er is nog een stukje van een zinsdeel dat je een naam kunt geven.

Slide 17 - Slide

En dat is de bijstelling
  • Ook een bijstelling is geen zinsdeel, maar wel een onderdeel van een zinsdeel. 
  • Een bijstelling staat altijd tussen komma's of na een komma. 
  • Een bijstelling herhaalt een zaak of persoon, maar met andere woorden. 

    Voorbeeld! 

Slide 18 - Slide

Bijstelling
Onze leraar Nederlands, meneer Kempers, | geeft | vandaag | les vanuit huis. 
  • Onze leraar Nederlands, meneer Kempers is het onderwerp.
  • Met meneer Kempers herhaalt de schrijver het eerste deel, namelijk Onze leraar Nederlands
  • Daarom is meneer Kempers een bijstelling. 

Slide 19 - Slide

Wat is de bijstelling in deze zin?
Winterswijk, een dorpje in Gelderland, | ligt | bijna | in Duitsland.
A
een dorpje in Gelderland
B
ligt
C
Winterswijk
D
in Duitsland

Slide 20 - Quiz

Wat is de bijstelling in de volgende zin?
De docent geschiedenis, meneer Kempers, | heeft | een laptop.

Slide 21 - Mind map

Lees de zin. Typ de zin over en bedenk een bijstelling bij 'dit huis'.
Ik koop dit huis.

Slide 22 - Mind map

De rest van de les
Je werkt de rest van de les zelfstandig in de online leeromgeving. 

Je maakt van Blok 3 - Grammatica - alle opdrachten die beginnen met 1, 2, 3, 4, 5, 6 en 8.

Als je een opdracht niet snapt, stuur mij dan direct een berichtje. Dan help ik je!

Slide 23 - Slide