Grieks 21 januari

Welkom!
21 januari
Grieks
1 / 14
next
Slide 1: Slide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Welkom!
21 januari
Grieks

Slide 1 - Slide

Het participium PRAESENS vertaal je als....
A
terwijl hij dingeste
B
nadat hij gedingest had

Slide 2 - Quiz

Een participium (zowel praesens als aoristus) kun je vertalen als een....
A
bijzin die begint met een voegwoord
B
gelijktijdige hoofdzin
C
persoonsvorm in de zin
D
bijzin zonder voegwoord

Slide 3 - Quiz

Je vertaalt alle soorten aoristus op dezelfde manier, maar ze kunnen er op ... manieren uitzien
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 4 - Quiz

Het belangrijkste woordje dat je moet gebruiken bij een participium AORISTUS is...
A
omdat
B
terwijl
C
nadat
D
hoewel

Slide 5 - Quiz

Programma
- Participium in twee slides
- Congruentie participium
- Oefenen + inleveren (veel vragen stellen!!)

Slide 6 - Slide

Participium praesens

Hij ging naar huis...
...lopend
...terwijl hij zijn hond uitliet
...omdat hij koud was
...hoewel hij niet wilde
...die in Groningen woonde
GELIJKTIJDIG
Participium aoristus

Hij ging naar huis...
...nadat hij zijn hond uitgelaten had
...omdat hij koud was geweest
...die in Groningen had gewoond
VOORTIJDIG

Slide 7 - Slide

Participium praesens

λυω  |  λυων
άγγελλω | άγγελλων
λαμβανω | λαμβανων
βαινω | βαινων

-ων   | -ουσα   | -ον   
-οντος | -ουσης | -οντος
-οντι   | -ουσῃ    | -οντι  
-οντα | -ουσαν | -ον     
etc
Participium aoristus

λυω | λυσας
άγγελλω | άγγειλας   
λαμβανω | λαβων       
βαινω | βας      

Uitgangen: p.127 hulpboek.
Sigmatisch:
-σας |  -σασα  | -σαν
-σαντος | -σασης | -σαντος
etc

Slide 8 - Slide

PTC AOR
nominativus vrouwelijk enkelvoud
A
λυων
B
έλυσας
C
λυσασα
D
έλυουσα

Slide 9 - Quiz

PTC AOR
accusativus mannelijk enkelvoud
A
λυουσας
B
έλυσαντον
C
λυσαντα
D
λυοντα

Slide 10 - Quiz

PTC AOR
λαβουσαις
A
dativus mannelijk ev
B
genitivus onzijdig mv
C
dativus vrouwelijk mv
D
genitivus mannelijk ev

Slide 11 - Quiz

Stappenplan
  • Herken het participium (vormleer!)
  • Determineer het participium
  • Congruentie checken: waar congrueert het mee? - Dat is degene op wie het slaat!
  • Vertalen

Slide 12 - Slide

Voorbeeld
16.2: Ό ήγεμων την στρατιαν ήτταν βαρειαν ήδη παθουσαν
προς νικην ήγαγεν.
nederlaag
άγω = leiden
βαρυς = zwaar

Slide 13 - Slide

Maak nu zelf:
ergon 16 en 17
Stel veel vragen!!

Huiswerk voor volgende week donderdag

Slide 14 - Slide