10.3 Het hart

10.3 Het hart
Holle spier. 
Borstholte, links van het midden. 
Ongeveer zo groot als een vuist. 
1 / 16
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

10.3 Het hart
Holle spier. 
Borstholte, links van het midden. 
Ongeveer zo groot als een vuist. 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Ligging van het hart
Bij de mens ligt het hart achter het borstbeen. De onderkant, de hartpunt, wijst naar links. Het hart heeft ongeveer de grootte van een gebalde vuist en bestaat voornamelijk uit hartspierweefsel.

Slide 3 - Slide

10.3.1 Bouw van het hart
2 harthelften linker        en rechter
Elke harthelft een boezem         en een kamer
Kamers: sterke wand
Boezems: dunne wand
Tussen boezem en kamer: hartklep (linker en rechter).
Tussen kamers en slagaders: halvemaanvormige kleppen. 
1
1
2
2
3
3
4
4
5
5
6
6
7
7
8
8

Slide 4 - Slide

10.3.2 De werking van het hart

Slide 5 - Slide

0

Slide 6 - Video

10.3.2 Werking van het hart
Bloed passeert twee keer het hart, in de kleine en in de grote bloedomloop.
Kleine bloedsomloop: rechterkamer ► longslagader ► naar de longen ► longader ► linkerboezem.
Grote bloedsomloop: linkerkamer ► aorta ► lichaam ► holle aders ►rechterboezem.

Slide 7 - Slide

Diastole = ontspannen / Systole = samentrekken
Gebeurt aan beide kanten tegelijkertijd.
Diastole
Kamersystole
Boezemsystole
Kamerdiastole
Boezemdiastole

Slide 8 - Slide

Kransslagaders en kransaders
De hartspier zelf wordt gevoed door de kransslagaders. 
Vertakkingen van de aorta, vlak nadat deze het hart heeft verlaten. 
Ze lopen in een krans om het hart, op de grens van boezems en kamers en vertakken zich over de hele hartspier. 
De kransslagaders voorzien het hart van zuurstofrijk bloed. 
Via de kransaders komt het zuurstofarme bloed terug in de rechterboezem.
Snijrand van het hartzakje
1
Vetweefsel
2
Rechterboezem
3
Rechter kransslagader
4
Rechterkamer
5
Vertakking van de rechterkransader
6
Linkerboezem
7
Linkerkransader
8
linker kransslagader
9
Hartpunt
10

Slide 9 - Slide



Het hart pompt 70x per minuut een portie bloed weg. Het volhouden van het hartritme is van levensbelang.
 In de hartspier ligt een groot netwerk van speciale cellen. Ze zijn speciaal, omdat ze (als een reeks dominosteentjes) elektrische signalen kunnen doorgeven. Het elektrische signaal verspreidt zich daardoor bliksemsnel over de hele hartspier. Ze laten de hartspier samentrekken


De elektrische signalen kunnen we meten met een speciaal apparaat. De grafiek die eruit rolt wordt een ECG (elektrocardiogram) genoemd. 
10.3.3 Hartritme
ECG

Slide 10 - Slide

Bovenaan in de rechterboezem zit de sinusknoop (een zenuwknoop). Daar begint het signaal en verplaatst zich langs het spierweersel van de boezems, die zich dan samentrekken
Als het signaal aankomt bij de wand tussen de rechterboezem en rechterkamer zit daar nog een knoop, de AV-knoop. Deze stuurt het signaal door naar de bundel van His (harttussenwand) Dit vertraagt het signaal een beetje waardoor de boezems zich kunnen vullen. 

Slide 11 - Slide

De bundel van His (in de harttussenwand) geeft het signaal door naar de hartpunt.
Vanuit de hartpunt verspreidt het elektrische signaal zich over de spierwand van de kamers die zich samentrekken. Dit geeft de hoogste uitslag op het ECG. 

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

10.3.4 De bloeddruk
De bloeddruk is de druk die het bloed op de bloedvaten uitoefent. 
Bloeddruk is afhankelijk van het samentrekken van het hart. 
 Bovendruk (120) is het gevolg van de kamersystole (systolische druk).
Onderdruk (80) (diastolische druk) is het gevolg van de kamerdiastole.

Slide 14 - Slide

De bloeddruk
Bloeddruk neemt af naarmate het bij de haarvaten komt. 
In de haarvaten is het bijna 0. 
In de aders is er ook geen bloeddruk.

Slide 15 - Slide

Aan het (huis) werk
Quayn 10.3 Het hart

Slide 16 - Slide