Thema 2 -2 Zin in leren: tpack

• Mediawijsheid
• HBO
• Studiejaar 4

Leerlijn NMICT - thema 2 - TPACK

Future-proof leerkracht

Inloggen in LessonUp

Beroepshandeling

De student toont in het voorbereidingsformulier 

(onder leer- en hulpmiddelen) aan op welke wijze

het digitaal bord en/of eventuele andere ict-gerelateerde tools 

op didactische juiste wijze

zijn ingezet in zijn onderwijs 

(de student zorgt hierbij voor een balans tussen 

technologie, didactiek en vak).

Doelen thema 2

1. Wat betekenen de 21e eeuwse vaardigheden en digitale geletterdheid voor mijn onderwijs?

2. Waarom, wanneer en hoe zet ik nieuwe media & ict in? (tpack)

Activiteiten ter voorbereiding

Bekijk het filmpje 

Introductie van tpack-model van Michiel van Ast: https://youtu.be/YjKEnBk_Vi4

Bedenk een voorbeeld van tpack dat bij jou past. 

Inhoud bijeenkomst

Terugblik: 21e eeuwse vaardigheden en digitale geletterdheid

Digitale didactiek en TPACK

Tools en TPACK

In welke 21e eeuwse vaardigheid wil jij als leraar meer gaan ontwikkelen?

samenwerken

communiceren

kritisch denken

creatief denken

probleem oplossen

zelfregulatie

sociale en culturele vaardigheden

ictbasisvaardigheden

mediawijsheid en informatievaardigheden

computational thinking

Aan welke 21e eeuwse vaardigheid mag meer aandacht besteed worden in het onderwijs?

samenwerken

communiceren

kritisch denken

creatief denken

probleem oplossen

zelfregulatie

sociale en culturele vaardigheden

ictbasisvaardigheden

mediawijsheid en informatievaardigheden

computational thinking

Bepalen welke informatie je over jezelf online zet

1. ICT-basisvaardigheden
2. Mediawijsheid
3. Informatievaardigheden
4. Computational Thinking

Het bedenken van een schoonmaakrobot
die de zeebodem opruimt.

1. ICT-basisvaardigheden
2. Mediawijsheid
3. Informatievaardigheden
4. Computational Thinking

De standaard office programma's gebruiken

1. ICT-basisvaardigheden
2. Mediawijsheid
3. Informatievaardigheden
4. Computational Thinking

Bepalen of Wikipedia een goede bron is voor een werkstuk

1. ICT-basisvaardigheden
2. Mediawijsheid
3. Informatievaardigheden
4. Computational Thinking

Een robot laten bewegen met een computerprogramma

1. ICT-basisvaardigheden
2. Mediawijsheid
3. Informatievaardigheden
4. Computational Thinking

Je hebt niet alleen kennis nodig over tools

maar ook kennis 

over welke keuzes je maakt 

om tools op een juiste wijze in te zetten.

TPACK bestaat uit een samenhang van:

1. pedagogiek, didactiek, ict
2. klassenmanagement, didactiek en ict
3. vakinhoud, didactiek, ict
4. vakinhoud, pedagogiek en ict

Hoe gebruik je TPACK?

Link met de

beroepshandeling

Vak-

kennis

kennis van de technologie

kennis van de

didactiek

onderwijs ontwerpen en evalueren

Plickers

TPACK

FOTOS van handjes met wheel

FOTOS van handjes met wheel

FOTOS van handjes met wheel

FOTOS van handjes met wheel

TPACK-spel (10 minuten)

Je ziet drie kaartjes: content, didactiek, technologie.

Je kunt steeds nieuwe kaartjes kiezen 

1. scan de qr-code

2. kies met je groepje welke drie woorden jullie willen gebruiken

3. ontwerp een les met balans tussen de drie onderdelen

4. maak een foto van de gekozen kaartjes in LessonUp

http://training.learnon.nl/tpackgame/index.php?did=1&tec=3

training.learnon.nl

Met behulp van welke drie kaartjes hebben jullie een les ontworpen?

                                 Denk dus aan TPACK

 

                                     bij het 

ontwerpen van de beroepshandeling

Opdracht: TPACK 

stap 1: Bestudeer de toegewezen tool.

- Wat is het?

- Wat kun je ermee (jk/ok)?

- Wat is de meerwaarde?

- Kunnen leerlingen dit ook zelf?

stap 2: Laat TPACK erop los.

stap 3: Experimenteer ermee in de klas.

Wheel of names

6 manieren om een online rad te gebruiken in de les

1. Huiswerk controleren

Zet alle namen in het rad, draai het rad en controleer alleen de namen waarop het rad eindigt. Je kunt er voor kiezen de leerlingen die aan de beurt geweest zijn de volgende keer uit het rad te halen. 

2. Duo’s maken

Neem een leerling uit de klas en koppel die leerling aan de naam (leerling) waarop het rad eindigt.

3. Voorkennis checken

Vul het rad met begrippen of woordjes die de leerlingen al zouden moeten weten. 

Of zet betekenissen van begrippen of woordjes in het rad, draai het rad en vraag de leerlingen of ze het juiste begrip kennen.

4. Klassengesprek

Vul het rad met gebeurtenissen, zoals zonvakantie, zwemmen, dierentuin, pretpark, skiën en meer. Laat het rad draaien en de leerlingen steken hun vinger op als ze de activiteit gedaan hebben en er iets over willen vertellen.

Of rad vullen met mentoronderwerpen en het rad laten beslissen welk onderwerp je die dag bespreekt. 

Formatieve evaluatie

Formatief toetsen is toetsen zonder cijfers. Inzicht geven en krijgen in je eigen leerproces en bepalen waar je meer aandacht aan moet besteden behoren tot de doelen van deze manier van lesgeven. Een rad is een prima manier om op formatieve wijze te meten hoe de leerlingen er voor staan en ze inzicht te geven in wat ze nog meer aandacht moeten geven.

Stel een toetsje op en zet de vragen in het rad. Laat het rad draaien en stel de vraag die hoort bij de uitkomst. De leerlingen schrijven het antwoord op en vervolgens kijk je de antwoorden klassikaal na.

Of draai het om! Zet antwoorden in het rad en laat ze een correcte vraag bedenken bij het antwoord. Wanneer je dit bespreekt kan er zelfs nog een leuk gesprek ontstaan over de leerstof. De leerlingen krijgen zo ook inzicht in de onderwerpen die ze nog niet zo goed beheersen.

wheelofnames.com

https://docentenleven.nl/2020/01/22/zes-manieren-om-een-online-rad-te-gebruiken-in-de-les/

Online rad

PLICKERS