Tuingereedschap
1 / 11
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Waarmee maak je een tuinbed vlak?
A
Hark
B
Spade
C
Schoffel
D
Bats
Slide 2 - Quiz
Hoe moet je tijdens het schoffelen staan?
A
Scheef
B
Krom
C
Rechtop
D
Gebogen
Slide 3 - Quiz
Waarmee geef je de planten water?
A
Emmer
B
Gieter
C
Tuinslang
D
Kopje
Slide 4 - Quiz
Waar gebruik je een bezem voor?
Vegen
Borstelen
Vacht kammen
Slide 5 - Poll
Waar gebruik je een bladhark voor?
Onkruid harken
Bladeren bijeen harken
Dierenverblijf schoonmaken
Slide 6 - Poll
Hoe heet het apparaat waar je een heg mee snoeit?
A
Heggenschaar
B
Schaar
C
Kantje knipper
D
Elektrische heggenschaar
Slide 7 - Quiz
Wat doe je met het tuingereedschap als je klaar bent?
A
Op de grond neerzetten in de schuur
B
Schoonmaken en ophangen (neerzetten) aan de juiste haakjes in de schuur
C
Laten staan, een ander ruimt het wel op
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Video
Heb je de doelen gehaald?
đđđđđ
Slide 10 - Poll
Wat vonden jullie van de les van vandaag?
đđđđđ
