5V 10.1 hart en bloedsomloop

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

deze les

1. je doet mee met deze les en sluit bij deze presentatie aan

2. je volgt deze les zelfstandig door hem apart in lessonup te openen (incl uitlegvideo's)

hoe werkt deze les

1. zorg ervoor dat je voordat je start de paragrafen hebt gelezen

2. lees de leerdoelen en succescriteria

3. bekijk alle uitlegdia's en uitlegvideo's

4. controleer jezelf door de vragen en oefeningen tussendoor te doen

5. maak aan het einde de verwerkingopdrachten en controleer of je de leerdoelen hebt behaald (voldoe je aan de succescriteria)

6. nog niet behaald = terug naar de stof/ uitlegvideo's en/of zoek hulp

H10 bloedsomloop

10.1 leerdoelen

Ik kan

• beargumenteren wat de voor en nadelen zijn van een open/gesloten of enkele/dubbele bloedsomloop.
• uit een afbeelding van een willekeurig bloedvatenstelsel afleiden welke bloedvaten veel/weinig zuurstof en voedingsstoffen bevatten. 
• uitleggen hoe het bloed door het hart wordt gepompt.
• verklaren waarom na de geboorte de anatomie van het bloedvatenstelsel verandert.

succescriteria

• je kunt de definitie van de volgende begrippen uitleggen: open/  gesloten/ enkelvoudige/ dubbele / grote/ kleine/ embryonale bloedsomloop, slagader, ader, krans(slag)ader, haarvaten, boezem, kamer, hartslag, hartcyclus, diastole, systole, hartkleppen, slagaderkleppen, hartslagfrequentie,  placenta, ovale venster, ductus Botalli
  


• je kunt de de leerdoelen aan een ander uitleggen
• je kunt de (examen)vragen over dit onderwerp goed (bijna foutloos) maken
• je weet welke binas-tabellen bij het onderwerp horen en informatie uit deze tabellen halen en gebruiken

Casus (zelfstandig)

Jullie oplossing graag aan het einde van de les:

Dit meisje groeide niet goed na de geboorte. 

De ductus botalli was niet gesloten.

Kun jij dit verklaren?

leerdoel 1

• Ik kan beargumenteren wat de voor en nadelen zijn van een open/gesloten of enkele/dubbele bloedsomloop.

open

gesloten

Bij welk type bloedsomloop stroomt het bloed sneller?

1. open
2. gesloten

Je ziet de tracheeën van een insect.

Beredeneer waarom insecten geen gesloten bloedsomloop hebben.

enkele bloedsomloop

• bloed komt één keer door het hart
• minder efficiënt dan dubbel
• vissen zijn koudbloedig, lager energieverbruik dus hebben hier voldoende aan
  

Toepassen

• maak opdracht 1 t/m 3 blz 48-49
• klaar? Ga door met leerdoel 2 

leerdoel 2

• Ik kan uit een afbeelding van een willekeurig bloedvatenstelsel afleiden welke bloedvaten veel/weinig zuurstof en voedingsstoffen bevatten. 

aan de slag

in overleg met je buurman / buurvrouw

geef van de volgende nummers:

7 - 1 - 3 - 15 - 13

• de naam
  
• zuurstofrijk of arm
  
• voedingsstoffen rijk of arm

en beredeneer waarom dit zo is

leerdoel 2

• Ik kan uitleggen hoe het bloed door het hart wordt gepompt.

www.bioplek.org

boezem = atrium

kamer = ventrikel 

Welke beweringen is/zijn juist?

I. harttonen ontstaan door het sluiten van de kleppen
II. de kamerdiastole is het samentrekken van de kamers
III. tijdens de hartcyclus is er gelijktijdig een boezem- en kamersystole.

1. I
2. I en II
3. II
4. III

toepassen

• maak opdracht  4 t/m 9 b/
• blz 49-50 

leerdoel 3

• Ik kan verklaren waarom na de geboorte de anatomie van het bloedvatenstelsel verandert.

ductus botalli en ovale venster geopend

ductus botalli en ovale venster gesloten

1. doordat de halsslagaders aftakken van de aorta vóór de plaats waar longslagader en aorta met elkaar verbonden zijn
2. doordat de halsslagaders meer bloed uit de rechterkamer ontvangen dan uit de linkerkamer
3. doordat de halsslagaders tezamen een grotere doorsnede hebben dan de aorta
4. doordat het bloed in de halsslagaders niet met zuurstofarm bloed gemengd is

De bloedsomloop van een baby verandert direct na de geboorte. Is vóór de geboorte de O2- concentratie het hoogst in de longslagaders of longaders?

1. longslagaders
2. longaders

Toepassen

• maak opdracht 10 t/m 12  

Dit meisje groeide niet goed na de geboorte.
De ductus botalli was niet gesloten.
Kun jij dit verklaren?

aan de slag

1. maak een begrippenlijst

2. maak de oefening op de volgende dia

3. afmaken en nakijken opdrachten10.1

4. lezen 10.2

Controleer of je alle leerdoelen beheerst/ aan alle succescriteria voldoet. Zo niet: opnieuw door de stof/ opdrachten maken/ hulp vragen. 

biologiepagina.nl