This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
Hoofdstuk 5: Nederland Handelsland
Hoofdstuk 4
Paragraaf 1
Hoofdstuk 5: Nederland Handelsland
Paragraaf 2: Europa zonder grenzen?
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je onderstaande begrippen uitleggen, benoemen:
Welke afspraken er binnen de EU zijn
waarom er ook verschillen zijn tussen de EU landen
wat de taken van de Europese Centrale aBnk zijn (ECB)
LEERDOELEN
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Burgers van de EU mogen vrij reizen en wonen binnen de EU?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 4 - Quiz
Een Amerikaanse toerist vliegt met de KLM naar Nederland. Dit is voor Nederland:
A
Export, want wij leveren diensten aan het buitenland
B
Export, want er gaan personen naar het buitenland
C
Import, want het buitenland levert diensten aan ons
D
Import, want er komen personen naar ons land
Slide 5 - Quiz
In een land met een gesloten economie zorgt de export voor veel werkgelegenheid
A
juist
B
onjuist
Slide 6 - Quiz
Een land met een open economie heeft naar verhouding veel export en import
A
juist
B
onjuist
Slide 7 - Quiz
In een land met een open economie hebben consumenten een ruimere keuze uit producten
A
juist
B
onjuist
Slide 8 - Quiz
Interne markt
Lidstaten (LID VAN eu)
Economische samenwerking
Vrij verkeer van goederen en diensten
Vrij verkeer van personen
Vrij verkeer van kapitaal
INTERNE MARKT
Slide 9 - Slide
Interne markt
De Europese Unie is een belangrijke afzetmarkt voor veel bedrijven in ons land. En meer dan de helft van onze import komt uit andere EU-landen.
Dat komt:
doordat er binnen de EU vrijhandel is
door de gunstige ligging van Nederland in Europa.
Import en export EU
Slide 10 - Slide
Interne markt
Nederland importeerde in een jaar voor in totaal € 180 miljard aan goederen uit niet-EU-landen.
Voor hoeveel euro importeerde Nederland uit EU-landen?
Import en export EU
Slide 11 - Slide
VRIJHANDEL
Slide 12 - Slide
Verschillen tussen de EU landen
De lidstaten mogen ook veel regels zelf bepalen.
Bijvoorbeeld:
Elk land heeft zijn eigen btw-tarief.
Het komt voor dat het ene EU-land strengere milieuregels heeft dan een ander EU-land.
Verschillende regels zorgen voor oneerlijke concurrentie tussen EU-landen. De Europese regering probeert de regels gelijk te trekken. Dit heet harmonisatie.
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Door de rente te verlagen kan de ECB de economie in de eurozone stimuleren?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 15 - Quiz
ECB
Taken van de ECB
De waarde van de euro bewaken
De hoogte van de rente vaststellen die de banken moeten betalen
Nieuwe bankbiljetten in omloop brengen
EUROPESE CENTRALE BANK (ECB)
Slide 16 - Slide
Europese monetaire unie
EMU
Eurozone
zelfde als de EU?
Binnen de EU is een Europese Monetaire Unie (EMU) opgericht.
Het doel van de EMU is om één gezamenlijke munt (de euro) in de EU te gebruiken.
De Blauwe landen hebben de euro als wettig betaalmiddel (eurozone)
Europese Monetaire Unie (EMU)
Slide 17 - Slide
Europese monetaire unie
EMU
Eurozone
zelfde als de EU?
De handel tussen landen gaat een stuk makkelijker als ze allemaal dezelfde munt gebruiken.
Omdat:
je de prijs van producten dan beter met elkaar vergelijken
je dan geen kosten hebt voor het omwisselen van valuta.
Één munt
Slide 18 - Slide
Wanneer mag je bij de EMU?
De inflatie is niet hoger dan 1,5% dan het gemiddelde van de 3 EU-landen met de laatste inflatie
Begrotingstekort is niet hoger dan 3% van het bbp
Totale schuld van de overheid is lager van 60% van het bbp
Wanneer mag je bij de EMU?
Slide 19 - Slide
Komt Bulgarije in aanmerking voor de EMU?
Inflatie - 0,2%
Begrotingstekort - 2,9%
Staatschuld - 25%
Gemiddelde inflatie in de 3 eurolanden met de laagste inflatie is 0,5%
Slide 20 - Slide
Even checken of het is aangekomen...
Even checken of het is aangekomen
Slide 21 - Slide
Welke afspraken zijn er binnen de EU? (denk aan vrijhandel)
Slide 22 - Open question
Welke verschillen zijn er tussen de EU landen?
Slide 23 - Open question
Hoe probeert de Europese regering dat te veranderen?
Slide 24 - Open question
Wat zijn taken van de ECB?
Slide 25 - Open question
Aan de slag
Wat: Maken paragraaf 5.2
Wie: Individueel Hoe: Stilte (mits je een vraag hebt) Vraag?: Stel hem eerst aan je buurman/buurvrouw