This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 80 min
Items in this lesson
les 3
meten
en rekenen
Slide 1 - Slide
leerdoelen
Ik kan omrekenen door de komma naar links of rechts te verschuiven.
Ik weet het verschil tussen grootheden en eenheden.
Ik kan eenheden omrekenen.
Slide 2 - Slide
vermenigvuldigen / delen met 1000
Elke vermenigvuldiging met 1000: de komma 3 plaatsen naar rechts verplaatsen
Een getal delen door 1000, de komma 3 plaatsen naar linksverplaatsen
Het aantal nullen geeft aan hoeveel plaatsen we de komma moeten verschuiven
Slide 3 - Slide
Bereken: 34,08 x 1000
A
340,8
B
3408
C
0,03408
D
34080
Slide 4 - Quiz
Bereken: 5,21 x 1000
A
52100
B
5210
C
0,00512
D
500,21
Slide 5 - Quiz
Bereken: 521,3 : 1000
A
52130
B
5,213
C
0,5213
D
552,13
Slide 6 - Quiz
Grootheden & Eenheden
Grootheden zijn dingen die je kunt meten.
Slide 7 - Slide
Grootheden & Eenheden
Grootheden zijn dingen die je kunt meten.
En in eenheden meten we de grootheden. (we tellen hiermee)
Slide 8 - Slide
Grootheden & Eenheden
Grootheden zijn dingen die je kunt meten.
Lengte, gewicht, temperatuur, oppervlakte, tijd of snelheid
En in eenheden meten we de grootheden.
Slide 9 - Slide
Grootheden & Eenheden
Grootheden zijn dingen die je kunt meten.
Lengte, gewicht, temperatuur, oppervlakte, tijd of snelheid
En in eenheden meten we de grootheden.
meter, kilogram, graden celcius, vierkante meter, uren en km/u
Slide 10 - Slide
Grootheden & Eenheden
ijsdikte in cm
Grootheid
Eenheid
Slide 11 - Slide
Grootheden & Eenheden
Tijd in dagen
Grootheid
Eenheid
Slide 12 - Slide
Grootheden & Eenheden
Leeftijd in jaren
Grootheid
Eenheid
Slide 13 - Slide
Grootheden & Eenheden
Lengte in cm
Grootheid
Eenheid
Slide 14 - Slide
Gewicht, lengte en oppervlakte zijn
A
eenheden
B
grootheden
Slide 15 - Quiz
Tijd en lengte zijn allebei
A
tijd
B
meetinstrument
C
grootheden
D
eenheden
Slide 16 - Quiz
Welke grootheden en eenheden horen bij elkaar?
gewicht
inhoud
Lengte
cm
liter
mg
Slide 17 - Drag question
Bij grootheden kun je verschillende eenheden gebruiken.
Sleep de juiste eenheid naar de grootheden.
Lengte van een baby
De snelheid van een auto
De hoogte van een kerktoren
De inhoud van een emmer
De tijd die je nodig hebt om te douchen
meter
minuten
centimeter
uren
km/u
kilometer
°C
liter
Slide 18 - Drag question
Sleep naar de juiste kolom:
Grootheden
Eenheden
Meter
Liter
Snelheid
Afstand
Uren
Inhoud
Gigabite
Slide 19 - Drag question
Grafiek tekenen
Slide 20 - Slide
Grafieken tekenen
Wat gaan we deze les leren:
Hoe je een grafiek bij een tabel tekent.
Slide 21 - Slide
stap 1: teken een assenstelsel
Slide 22 - Slide
stap 2: Zet de getallen langs de x-as en ook de naam van de assen.
Slide 23 - Slide
stap 3: je wil nu de getallen op de y-as zo verdelen dat je grafiek wel een beetje in evenwicht is. voor je x=as heb je 7 hokjes gebruikt. Dan kan je dit ook op de y-as doen, hiervoor moet je dan 114 verdelen over 7 vakjes.
Slide 24 - Slide
stap 3: 114 verdelen over 7 vakjes dat is 114 : 7 in ongeveer 15 per hokje!
Dit is niet heel erg duidelijk en alles onder de 108 gebruiken we helemaal niet! Dus beter beginnen bij 106 of 108
Slide 25 - Slide
stap 4: maar elk hokje moet dezelfde stapgrootte hebben.
je mag niet zomaar bij 108 beginnen.
We tekenen daarom een scheurlijn (zaagtand). We zeggen daarmee: het is er wel maar ik teken het niet!
je grafiek zie er zo al een stuk duidelijker uit.
Slide 26 - Slide
Stap 5: We kunnen ook de x-as nog wat opschuiven.
Klaar!
We hebben nu een compacte grafiek die we snel en makkelijk kunnen aflezen.
Maar vergeet dan ook hier de scheurlijn (zaagtand) niet!