Licht: les 3 Spiegels Vlak, Hol en Bol

Wat zie ik en wat zie ik niet?
 Spiegel, spiegels, spiegelen!
1 / 23
next
Slide 1: Slide
ScienceMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Wat zie ik en wat zie ik niet?
 Spiegel, spiegels, spiegelen!

Slide 1 - Slide

Leerdoelen Les 3
  • Je beschrijft hoe het spiegelbeeld van een voorwerp dat vóór een vlakke spiegel staat wordt getekend door gebruik te maken van de spiegelwet 'hoek van inval = hoek van terugkaatsing'.
  • Je tekent het spiegelbeeld van een voorwerp met behulp van contructielijnen.

Slide 2 - Slide

Spiegels
Je kijkt elke dag in de spiegel. Maar hoe werkt een spiegel eigenlijk? 

Slide 3 - Slide

Spiegel 1 lichtstraal
Bij de spiegelwet wordt gebruik gemaakt van een spiegel om een lichtstraal terug te laten kaatsten. 

De spiegelwet zegt dat de hoek van inval gelijk is aan de hoek van terugkaatsing.


Slide 4 - Slide

Spiegelen: terugkaatsing

                      Virtueel beeld                                                 Reëel beeld / voorwerp





                                                 Even ver achter de spiegel

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

spiegelbeeld tekenen
Spiegel driehoek ABC in de spiegel s. 
Stap 1:
Spiegel punt A en teken 
het virtueel beeld A'.
De afstand van A tot de spiegel
is evengroot als van de 
spiegel tot A'.

Slide 7 - Slide

De spiegelwet lichtstralen en spiegelbeeld

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Tekenen met spiegels: de termen
  • voorwerp voor de spiegel = reëel beeld
  • beeld achter de spiegel = virtueel beeld
  • afstand van voorwerp voor de spiegel = voorwerpsafstand
  • afstand virtueel beeld achter de spiegel = beeldafstand

Slide 10 - Slide

Eén lichtstraal spiegelen:
De hoek van inval is gelijk aan de hoek van terugkaatsing. Gebruik de gradenboog van de geodriehoek.
OF
Spiegel het lichtpunt en laat deze kruisen met de lichtstraal voor de spiegel. De lichtstraal achter de spiegel moet je stippelen.

Slide 11 - Slide

Regels:  tekenen van een spiegelbeeld
  • Altijd de middelste streep van geodriehoek (de 0) op de spiegel leggen.
  • Als het voorwerp niet voor de spiegel staat, de spiegel denkbeeldig verlengen.
  • voorwerpsafstand en beeldafstand zijn evengroot
  • lichtstralen voor de spiegel : doorgetrokken pijlen
  • lichtstralen achter de spiegel:  onderbroken pijlen ------>

Slide 12 - Slide

Overhoor jezelf
Diffuse weerkaatsing
Lichtstralen worden alle kanten op gereflecteerd.
Spiegelende weerkaatsing
Lichtstrallen worden in 1 richting gereflecteerd. Net zoals een biljartbal. De hoek van inval is de hoek van terugkaatsing.
Spiegelbeeld
Het spiegelbeeld is virtueel. Het staat net zo ver achter de vlakke spiegel als dat het voorwerp ervoor staat.
De normaal
Hulplijn loodrecht op de spiegel. Handig om spiegelbeeld, hoek van inval en hoek van terugkaatsing te tekenen.
Hoek van inval
De hoek tussen de invallende lichtstraal en de normaal
Hoek van terugkaatsing
De hoek tussen de terugkaatsende lichtstraal en de normaal
Overhoor jezelf

Slide 13 - Slide

Extra uitleg lichtstraal spiegelen
Bekijk het volgende filmpje om een spiegelbeeld van een voorwerp te tekenen.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Verdieping:
Hoeveel kun je in de spiegel zien?

Slide 16 - Slide

Blikveld van een spiegel
  • Blikveld is het gebied wat je in je spiegel kunt overzien.
  • Het dodehoek is het gebied dat een bestuurder ook met spiegels niet kunt overzien.
  • Extra spiegels of bolle                                                                       spiegels vergroten het blikveld.

Slide 17 - Slide

Blikveld bepalen
  • teken (een gezicht met) een oog
  • teken een spiegel (naast het gezicht en oog)
  • teken het spiegelbeeld van het oog
  • teken een lijn vanuit het spiegelbeeld langs de onderkant van de spiegel
  • teken een lijn vanuit het spiegelbeeld langs de bovenkant van de spiegel

Slide 18 - Slide

Gezichtsveld via een spiegel

Slide 19 - Slide

Toepassing/beperking
 van het blikveld

Slide 20 - Slide

Leerdoel:
 Weerkaatsing met een bolle spiegel

Slide 21 - Slide

Als je het tekenen van de teruggekaatste lichtstralen goed gedaan heb kun je zien dat:

  • een bolle spiegel een divergerende werking heeft, de lichtstralen van een evenwijdige lichtbundel worden verder uit elkaar teruggekaatst.

  • een holle spiegel een convergerende werking heeft,  de lichtstralen van een evenwijdige lichtbundel worden bij terugkaatsing naar elkaar toe geknikt.

Bekijk het plaatje op de volgende slide maar.

Slide 22 - Slide

Terugkaatsing bij (holle en) bolle spiegels
Als je het tekenen van de teruggekaatste lichtstralen goed gedaan heb kun je zien dat:
  • een holle spiegel een convergerende werking heeft,  de lichtstralen van een evenwijdige lichtbundel worden bij terugkaatsing naar elkaar toe geknikt.
  • een bolle spiegel een divergerende werking heeft, de lichtstralen van een evenwijdige lichtbundel worden verder uit elkaar teruggekaatst.

Bekijk het plaatje op de volgende slide maar.

Slide 23 - Slide